Serie: Wachten
“Op Uw zaligheid wacht ik, HEERE!” (Genesis 49:18 – HSV)
“Op uw hulp hoop ik, HEER!” (Genesis 49:18 – NBV21)
Wachten kun je op allerlei manieren in de Bijbel terugvinden, niet alleen in een letterlijk wachten in tijd, maar ook op een andere manier van wachten. Dan heeft wachten ook te maken met hopen op iets. Je komt een overbekende zin tegen bij Jacob als hij zijn kinderen zegent op het moment dat hij bijna aan het einde van zijn leven is gekomen. Hij zegt dan: “Op Uw zaligheid wacht ik, HEER”. Het is in dit geval wel een beetje afhankelijk van de vertaling waarin je deze tekst leest. Er worden meerdere woorden gebruikt, maar de richting waarop het wijst is hetzelfde.
Deze tekst is vaak losgemaakt van de context gebruikt om er dan een preek van te maken dat je je eeuwige redding van God moet verwachten en zo niet, dan loopt het verkeerd met je af. En hoewel dit geen onwaarheid is, omdat je alleen je zaligheid van God kunt verwachten, wil het niet zeggen dat Jacob dat hier op deze manier ook zo bedoelt. Tekst gebruiken voor je eigen theologie is altijd erg gevaarlijk. Als je kijkt naar het moment waarop Jacob deze woorden uitspreekt, dan wordt er iets anders duidelijk en dan zul je wellicht ook zeggen dat dit wachten in deze tekst heel bekend is voor je.
Jacob is bezig om elk van zijn zonen te zegenen. De eerlijkheid gebied te zeggen dat de zegeningen heel verschillend van inhoud zijn. Er zijn zegeningen bij die eerder lijken op een vervloeking dan op een zegen. Zeker bij de eerste drie zonen klinkt het niet positief en ook zal Jacob al wel behoorlijk wat teleurstelling te verwerken hebben gekregen vanwege het gedrag van zijn zonen. En waar de eerste drie zonen geen positieve woorden horen en er zelfs een echte vervloeking tussen zit, komt het na een paar positieve zegeningen, bij Dan uit. Hij zal rechtspreken binnen zijn stam, maar tegelijk zal hij ook een slang zijn. Dat lijkt vooral iets te zeggen te hebben over de lastige positie waarin Dan terecht zal gaan komen. De zin over het wachten op Gods zaligheid volgt dan, maar het is dan de vraag waar deze zin vooral betrekking op heeft. Het kan namelijk ook zo zijn dat Jacob al weet wat de woorden zijn die voor Gad zijn.
Het kan zo zijn dat Jacob in een beeld heeft gezien wat Gad gaat overkomen en voordat Jacob van deze woorden voor Gad gaat uitspreken, onderbreekt hij even de woorden voor zijn kinderen. Het lijkt vooral te maken te hebben met wat zijn zonen gaat overkomen. Waar hij dan het meest van geschrokken is, wordt niet duidelijk, maar het wordt wel duidelijk dat Jacob tussendoor nog een kort gebed uitspreekt naar God. Die woorden: “Op Uw zaligheid wacht ik, HEER”, zijn vooral vaak betrokken op de redding met betrekking tot de eeuwigheid en de redding van Jacob. Als je het echter plaatst in het licht van de inzichten die Jacob heeft gekregen over zijn zoons, dan kan het ook de zorg om zijn kinderen zijn, terwijl hij er straks niet meer zal zijn.
Het gebed dat dan volgt is in dat geval veel meer een zucht om hulp voor zijn nageslacht. Het woord ‘zaligheid’ betekent namelijk meer redding dan het gevoel dat wij hebben bij het woord zaligheid. Daardoor trekken wij het al snel richting ‘eeuwige redding’, terwijl het op die manier niet is bedoeld. Daarnaast zou je het woord ‘wacht’ ook kunnen vertalen met ‘hoop’. Dan past het in de context waarin het staat. Jacob is geschrokken van het beeld dat hij krijgt over de toekomst van zijn nageslacht en daarmee ook over Israël. In dat kader bidt hij om redding en spreekt hij uit dat hij daarop zal wachten. Wachten kan in veel gevallen onzeker zijn, maar zo is het hier niet bedoelt, maar heeft het veel meer te maken met hoop. Dat is niet onzeker, maar is veel meer een verwachten en uitzien naar Gods ingrijpen.
Het laat ons zien dat hopen op Gods ingrijpen, juist ook in moeilijke situaties ook alles te maken heeft met wachten en verwachten. Jacob leert ons bidden, juist op die momenten dat je schrikt van de vooruitzichten. Soms is profetie niet leuk, vooral omdat je dingen weet, die je soms liever niet wil weten. Daarom is op God hopen zo nodig op het moment dat God je ook inzichten geeft in de toekomst.
Gebed: HEER, ik wil altijd op U wachten en altijd geloven dat die hoop op U nooit tevergeefs zal zijn.