"Mijn lieve kinderen, ik schrijf u deze dingen, opdat u niet zondigt. En als iemand gezondigd heeft: wij hebben een Voorspraak bij de Vader, Jezus Christus, de Rechtvaardige. En Hij is een verzoening voor onze zonden; en niet alleen voor de onze, maar ook voor de zonden van de hele wereld." (1 Johannes 2:1 en 2)
Het is nu nog wel even de vraag waarom Johannes zo stellig en met zoveel tegenstellingen zijn brief begint. Dat maakt hij wel gelijk even heel duidelijk aan het begin van hoofdstuk 2. Maar om ook niet erg aanvallend over te komen begint hij wel heel erg mild. Het is wel duidelijk dat hij echt te maken heeft met mensen die zeggen dat ze niet meer zondigen als gelovige. Maar waarom vindt Johannes de woorden van hoofdstuk 1 dan zo ontzettend belangrijk? Zo belangrijk, dat hij, degenen die echt afwijken van Gods Woord, kan aanspreken met 'Mijn lieve kinderen"?
Het is wel goed om daar even bij stil te staan. Johannes, de apostel van de liefde, reageert vanuit liefde en bewogenheid. Hij is het toonbeeld van een volgeling van Jezus. Paulus, had een duidelijk ander karakter. Paulus schrijft de gemeente van Galaten aan in nogal stevige, andere bewoordingen dan dat Johannes hier doet. Voor Johannes blijven de broeders en zusters aan wie hij schrijft 'lieve kinderen' Hij is echt oprecht op hen betrokken.
Waarom gaat hij dan toch zo diep in op het feit dat ook de gelovige nog steeds zondigt? Het is eigenlijk heel eenvoudig. Als jij zegt dat je een gelovige bent en als je zegt dat een gelovige niet meer zondigt, dan krijg je wel hele vreemde dingen. Dat betekent dat alles, maar dan ook echt alles wat jij doet, altijd zonder zonde is. Maar Johannes heeft wel duidelijk gemaakt dat er in ons leven als gelovige ook echt nog dingen zijn die niet uit Gods licht komen. En als God alleen maar licht is, dan betekent het dat de duistere dingen in ons leven, niet van God zijn en dus wel degelijk zonde zijn. Maar als je blijft volhouden dat je echt niet zondigt omdat je een gelovige bent, dan wordt het wel heel erg lastig. Dat betekent dat ook de dingen die niet goed zijn, toch goed worden, want je zondigt toch niet meer? En zo is het dus niet.
Johannes schrijft deze woorden omdat hij niet wil dat 'zijn lieve kinderen' zouden zondigen. Hij wil dat ze beseffen dat ze ook als gelovige zonden doen en dat ze die bij God moeten belijden. Laat het duidelijk zijn, dat is echt een fundamenteel onderdeel is van het levend geloof. Dit zijn geen religieuze regels, maar dit gewoon de realiteit van een gelovige! En daarna herhaalt hij dat er ook vergeving is, omdat Jezus in de hemel als onze Voorspraak zit, naast Zijn Vader. Dus zodra de Vader al zou willen oordelen over de gelovige, dan houdt Jezus Hem Zijn bloed voor en stelt Jezus Zichzelf voor als onze rechtvaardiging. En ik geloof dat de Vader helemaal de gelovige niet meer wil oordelen, want in Christus, ziet Hij ons ook als heilig en rein. En deze verzoening is er voor de hele wereld! Dit is niet alleen onze realiteit, maar ook wat we mogen uitdelen in deze wereld.
Gebed: Vader, dank U dat ik geen zondaar meer ben, maar ik doe nog steeds wel zonden. Vergeef mij om Jezus' wil en geef mij vandaag alles wat ik nodig heb om dit aan de hele wereld te vertellen.