"Want zoals wij in één lichaam vele leden hebben en de leden niet alle dezelfde functie hebben, zo zijn wij, hoewel velen, één lichaam in Christus, maar ieder afzonderlijk leden van elkaar." (Romeinen 12:4 en 5)
Hoe ziet de gemeenschap van de kerk van Jezus er uit? Je kunt natuurlijk zeggen dat het om de eenheid gaat en om de heerlijkheid die Jezus ons heeft gegeven. Dit is eigenlijk een stukje geestelijke gemeenschap. Hoe krijgt dat handen en voeten? Op welke manier kun je met elkaar gemeente zijn zoals dit hoort bij de kerk zoals Jezus deze voor ogen had? Het moet een veilige plaats zijn, zoals Jezus, zelfs de grootste zondaren veiligheid bood met hun verhaal. Dat betekent dus ook dat je geen oordeel moet hebben en al helemaal geen vooroordelen. Hoe kun je nu echt een gemeenschap zijn waar het veilig is en die zelfs aantrekkelijk is voor hen die nog nooit met het Evangelie in aanraking zijn geweest? Als je daar dieper over wilt doordenken, dan kom je eigenlijk uit in de brieven van Paulus. Op verschillende plekken geeft hij een soort blauwdruk voor de gemeente van Jezus.
Je bent in de eerste plaats gemeenschap met elkaar. Het is nooit de bedoeling geweest dat iedereen hetzelfde moet zijn en hetzelfde moet kunnen. Gemeente zijn doe je dus met elkaar. Het klinkt allemaal eigenlijk wel heel makkelijk, als je in de Romeinenbrief de woorden van Paulus leest over de gemeente. Het is net als een lichaam, waarbij iedereen zijn eigen taak heeft, maar tegelijk ben je met elkaar het lichaam. Dat geldt wereldwijd als kerk van Jezus, maar ook binnen de gemeente. En hoe bekend zijn deze woorden? Elke christen die je vraagt om uit te leggen wat het beeld van het lichaam inhoudt, weet dit waarschijnlijk te beantwoorden. Maar is het, ondanks dat dit beeld overbekend is ook echt eenvoudig? Mijn ervaring is dat dit helemaal niet eenvoudig is. Het lastige is dat je elkaar in die taken dus ook echt moet durven vertrouwen. Het gevaar dat telkens op de loer ligt, is dat we dat vertrouwen niet hebben, dat er leden van het lichaam zijn waar we het minder op hebben, of dat er leden zijn die ook veel taken buiten hun verantwoordelijkheid gaan doen.
Soms zie je dat één persoon in alle gaten in de personele bezetting springt in de gemeente. Iemand die pastoraat gaat oppakken, terwijl hij een heel andere taak heeft binnen het lichaam, omdat dit nu eenmaal toch maar moet gebeuren. Vervolgens moet er nog ergens een voorzitter komen en hij offert zich nog een keer op. Maar weet je... Ik wandel graag lange afstanden. Mijn benen hebben de taak om de afstand te overbruggen. Stel je nu voor dat ik wat last heb van mijn been en mijn arm zegt: "Ik neem het wel over", dan gaat het mis met mijn hele lichaam. Mijn arm moet een onmogelijke houding aannemen, raakt overbelast en omdat mijn hand geen schoenen heeft gaan mijn handen ook nog eens kapot. Zo is het ook met het lichaam van Christus en zo is het ook in de gemeente. Niet iedereen moet alles kunnen en in een gat springen, soms met verkeerde motieven en soms met goede bedoelingen, want dat zorgt voor verkeerde verhoudingen in de gemeente.
Het is in de praktijk veel makkelijker voor ons gewone lichaam dat onze lichaamsdelen zich aan hun taak houden, dan in het lichaam van Christus. Kennelijk vinden wij het helemaal niet makkelijk om ieder zijn eigen verantwoordelijkheid te geven en je daar ook aan te houden. Toch is dit wel een basisprincipe om vrede in de gemeente te bewaren, maar ook om uitval van mensen te voorkomen. Naar de genadegaven die ons zijn gegeven moeten we die dingen doen die bij onze verantwoordelijkheden horen. Als we dit als eerste stap nu eens voor onszelf bekijken en zelf eens zoeken naar wat onze persoonlijke verantwoordelijkheid en taak is in het lichaam van Christus, dan kunnen we daarna verder kijken naar die dingen die daar nog bijkomen.
Gebed: Heer, ik dank U dat U met zoveel wijsheid taken, gaven en bedieningen hebt verdeeld, maar leert U mij en ons allen om ons ook te houden aan dat wat U ieder persoonlijk als taak geeft.