“En zij zeiden tegen Hem: Zeg ons met welke bevoegdheid U deze dingen doet, of wie het is die U deze bevoegdheid heeft gegeven.” (Lukas 20:2)
Jezus ter verantwoording roepen is niet dat wat erg verstandig is. Eigenlijk heel eenvoudig omdat Jezus Zich niet ter verantwoording laat roepen en als Hij het toelaat is het maar de vraag of Hij echt een antwoord zal geven. Stiekem geniet ik eerlijk gezegd wel van Jezus’ antwoord aan de Schriftgeleerden en de overpriesters. Misschien is het zelfs wel een manier van antwoord geven waarvan ook wij mogen leren. Jezus gaat namelijk niet in de verdediging, juist dat wat wij wel zo vaak doen. Jezus stelt gewoon een vraag terug.
Zodra jij je in de verdediging laat dringen als het over dingen gaat die jij doet naar Gods Woord en die anderen niet goed vinden, dan kom je direct in een strijd terecht waarmee je niets verder komt. En soms kun je niet eens iets anders dan in de strijd terecht komen, maar zelfs dan laat Jezus zien hoe Hij dat doet. Hij stelt gewoon een andere vraag, maar wel zo dat de Schriftgeleerden er niets mee kunnen.
De manier hoe Jezus het Evangelie bracht zal op een manier zijn geweest die behoorlijk nieuw was voor het volk. Je moet bedenken dat wij het Evangelie elke keer horen en ook helemaal kennen, maar dat gold niet voor het volk in de tijd van Jezus. Die kenden alleen de Thora en de profeten. Als er iets werd gelezen dan waren het de profeten en de uitleg was dan heel profetisch, maar bij Jezus ging dat ineens totaal anders, want Hij was de vervulling van die profetieën. Elk woord dat Jezus sprak dat was met Goddelijk gezag. Het was zo anders, dat de Schriftgeleerden begonnen te vragen met welke bevoegdheid Hij sprak.
Het feit dat die vraag wordt gesteld maakt duidelijk dat er iets totaal anders is in de verkondiging die Jezus deed. Er waren immers genoeg andere rabbi’s die gewoon aan het woord waren en onderwijs gaven, maar daar werden niet dit soort vragen aan gesteld. Dat laat zien met hoeveel gezag Jezus sprak. Zijn woorden zijn woorden met gezag en met kracht. Zijn woorden deden dus iets, zelfs zoveel dat er blijkbaar bevoegdheid voor moest zijn om de dingen te mogen zeggen die Hij sprak.
Alleen heeft Jezus er geen behoefte aan om antwoord op die vraag te geven. Het gaat erom dat wij de woorden van Jezus horen als woorden van God Zelf. Woorden met Goddelijke kracht. Dat is nog steeds zo. Jezus woorden hebben Goddelijke kracht. Ze doen altijd iets in je leven. Ga de komende tijd eens beseffen dat de gesproken woorden van Jezus, nog steeds kracht hebben en kracht doen, ook in jouw leven. Zodra jij de woorden van Jezus in je leven ruimte geeft, gaan ze ook gegarandeerd iets uitwerken. Maar ga Jezus niet vragen naar Zijn bevoegdheid. Hij is God Zelf en daarom kan Hij zeggen wat Hij zegt. De manier hoe Hij de Schriftgeleerden op hun plaats zet is bijzonder en laat zien dat we de strijd niet aan hoeven te gaan met hen die op oordeel uit zijn en laten wij elk woord van Jezus serieus nemen als Goddelijke woorden.
Gebed: Heer, ik geloof dat Uw woorden Goddelijke kracht zullen doen in mijn leven en daarom wil ik elk woord van U toelaten in mijn leven en als ik namens U het Evangelie deel, wil ik ook uit elke strijd blijven die daarop af komt.