"Zij nu die werkelijk weduwe is, en alleen is overgebleven, hoopt op God, en volhardt in smekingen en gebeden, nacht en dag. Maar zij die haar lusten volgt, is levend dood." (1 Timotheüs 5:5 en 6)
Paulus schrijft, als het over de weduwen gaat, nog wel wat meer voorschriften. En eigenlijk buitelen de woorden een beetje over elkaar heen. Woorden waarbij, zodra je te snel gaat lezen, je bijna van de ene verbazing in de andere rolt. Woorden waarbij het lijkt dat hertrouwen van weduwen iets verschrikkelijks is en tegelijk toch weer een opdracht lijkt te zijn. Al met al, je moet serieus goed blijven lezen wat Paulus bedoelt.
Paulus maakt in ieder geval onderscheid in de leeftijd van weduwen. Hij heeft zelfs een bediening voor weduwen. En die bediening heeft alles te maken met dat wat Paulus als opdracht meegeeft voor de weduwen die werkelijk weduwe zijn. Net als wat we gisteren zagen, blijkt ook hier weer het onderscheid tussen weduwen die kinderen hebben die haar onderhouden en weduwen die niets meer hebben en afhankelijk zijn van de gemeente.
Bij die laatste groep geeft Paulus hen de opdracht om een bediening van gebed en voorbede te aanvaarden. Later in de dit gedeelte maakt hij dan ook nog eens het onderscheid dat dit vooral geldt voor weduwen boven de zestig jaar. Wellicht was de ervaring dat jonge weduwen zich niet konden toewijden aan gebed en voorbede. Juist deze groep van weduwen van boven de zestig jaar is juist ook in onze tijd een groep die groter aan het worden is door de vergrijzing. Betekent dat dan dat deze groep niet meer bruikbaar zou zijn? Zeker wel, Paulus geeft zelfs aan dat zij werk moeten maken van voorbede en gebed.
Ik denk dat dit wel vaker een punt van aandacht mag zijn in de gemeente. Ik mnerk in het ouderenpastoraat dat vrouwen die alleen zijn komen te staan na het overlijden van hun man, ze soms heel moeilijk overeind kunnen blijven. Hun leven lijkt wel doelloos te zijn geworden. Maar moeten we niet heel eerlijk zeggen dat wij snakken naar mensen die zich echt toewijden aan voorbede en gebed? Paulus noemt juist deze groep vrouwen als de groep bij uitstek om zich toe te wijden aan voorbede en gebed.
Dat lijkt soms zo'n taak van 'als je niet meer weet wat je moet doen, kun je nog altijd gaan bidden.' Als dat de houding is, dan klopt er echt iets niet. Gebed is misschien wel de belangrijkste taak in Gods Koninkrijk, want waar de gelovigen bidden, komen de engelen in beweging. Als de gelovigen gaan bidden, is het als de handen van Mozes in de strijd in de woestijn, dan komt de overwinning naar de kerk toe. Laten dan juist de vrouwen, die alleen zijn komen te staan, hun leven toewijden aan gebed.
Dit geldt voor alle weduwen, stelt Paulus, maar zoals hij later aangeeeft vooral voor de oudere weduwen. En tegelijk waarschuwt hij alle weduwen dat degenen die in lust hun leven doorbrengen, dat zij levend dood zijn. Dat is nogal stevige taal, het gaat over weduwen die gericht zijn op aardse wellust. Die leven nog wel, maar leven de dood uit. Zo dus niet, maar in toewijding in bidden en voorbede.
Gebed: Heer, wat hebben we bidders nodig in de gemeente. Bidders die zich echt toewijden aan gebed en voorbede. Laten de weduwen in de gemeente hier ook werkelijk tijd voor maken en help de gehuwden hen te ondersteunen in de eenzaamheid.