"Dit was volstrekt kwalijk in de ogen van Jona en hij ontstak in woede." (Jona 4:1)
Gisteren hebben we nadrukkelijk onszelf even gezien in de rol van de koning van Ninevé. Dat was natuurlijk een beetje een uitstapje en een gezichtspunt dat niet helemaal past bij Jona. Vandaag keren we daarom weer terug in het leven van Jona, hoe belangrijk ook het punt gisteren was. Ondertussen is de stad Ninevé in zak en as en is de koning aan een complete reformatie begonnen. En wat zal er dan gebeuren? Zal God dan werkelijk de stad omkeren?
Jona heeft diep van binnen al die tijd geweten hoe God zou reageren. Jona kende God echt wel en als hij God nog niet kende, dan was zijn ervaring in de vis ook wel genoeg om God te leren kennen zoals Hij is. Want als je zo’n profeet op die manier redt van de dood, dan is wel duidelijk hoe het is met Gods genade.
Toen zag God wat er in Ninevé gebeurde en God wijzigt de plannen. God kan het niet over Zijn hart verkrijgen om de stad om te keren. De inwoners keren terug van hun goddeloze wegen. Dit is hoe God altijd reageert. Ook in het Oude Testament al. En waarschijnlijk hebben deze mensen nog niets geweten van de Messias Die zou komen, ze wisten niets van Gods plan met deze wereld. Maar op grond van hun bekering is God al genadig. Niet dat daarmee alles gezegd is, want zonder Jezus kan het niet. Maar God stelt in ieder geval Zijn toorn uit. Dit heeft niets te maken met vergeving zoals wij die hebben ontvangen door geloof in Jezus, maar God reageert wel op deze omkeer.
Voor Jona gaat dit nog veel dieper. Jona ziet dat God zijn aardsvijanden het leven geeft. Het was voor Jona echt niet verkeerd geweest als Ninevé niet meer zou bestaan. Hoe eerder deze stad van de aardbodem verdwenen hoe beter. Maar als dat niet gebeurt, dan wordt Jona pas echt kwaad. Dit was waarom hij er geen zin in had om naar die stad te gaan. Uiteindelijk gunde hij deze stad niet dat God hen genadig zou zijn. Jona was zo verbitterd dat hij dit niet kan uitstaan.
Jona was dus niet bang, toen hij de verkeerde kant op ging. Jona wist wat er zou gebeuren en dat wilde hij niet. Het is eigenlijk nog veel erger dan dat het leek. Hij gunde deze mensen het oordeel van God. Hoever kan ook een profeet van zijn plaats af zijn? Of komt dit toch wel dichterbij dan wij denken? Als je het heel dichtbij jezelf houdt zou je de vraag kunnen stellen of jij echt vergevend leeft. Ook diegenen die jou echt heel veel hebben aangedaan. Gun je hen vergeving bij God of liever de ondergang. Zou je echt iedereen graag terugzien in de hemel, of zit er diep van binnen soms een weerstand?
Je weet wel dat God genadig is als iemand zich bekeert. En natuurlijk als dat iemand is om wie je heel veel geeft, dan is het fijn dat God zo genadig is, maar als het iemand is tegen wie je heel veel wrok koestert? Hoe dichtbij Jona staan wij? Misschien ergens wel begrijpelijk, maar niet wat God van je vraagt. Misschien wel uit te leggen, maar God wil niet dat jij in wrok verbonden bent aan iemand die jou iets heeft aangedaan. Uiteindelijk is er genade voor iedereen. Net zo goed als voor jou en mij.
Jona is nog lang niet klaar met zijn lesje. En er komt nog een lesje achteraan die wij ook nog heel vaak moeten leren, want gunnend leven in elke situatie is niet eenvoudig en gaat tegen ons in.
Gebed: Heer, U bent zo genadig dat het bij mij soms een weerstand oproept die tegen Uw wil ingaat. Leer mij iedereen het beste van U te gunnen, zelfs als ik zelf pijn voel over wat mij is aangedaan. Dan zult U mij ook genezen van wrok en bitterheid en angst.