“De geitenbok maakte zich uitermate groot. Maar toen hij machtig geworden was, brak de grote hoorn af en in plaats daarvan kwamen er vier opvallende op, overeenkomstig de vier windstreken van de hemel Uit één ervan kwam een kleine hoorn tevoorschijn, die uitzonderlijk groot werd, naar het zuiden toe, naar het oosten toe en naar het sieraadland toe.” (Daniël 8:8 en 9)
Het rijk waarvan Daniël deel uitmaakte zal niet altijd blijven bestaan, dat werd gisteren al duidelijk. Ondanks dat het Perzische rijk nog lang niet op zijn top is, zal er een moment komen dat dit rijk vertrapt zal worden. Dat was natuurlijk voor Daniël ook al duidelijk geworden bij de droom van Nebukadnezar.
In dit visioen van Daniël verschijnt er plotseling een geitenbok. En de manier hoe deze over de aarde gaat is opmerkelijk. Het gaat zo snel dat hij de aarde niet lijkt te raken. En zo sterk als dat die ram leek, zo machteloos blijkt die ram nu te zijn op het moment dat die geitenbok verschijnt. Met de horen op zijn kop stoot de geitenbok alles omver en ook de ram moet het onderspit delven. Er komt dus een nieuw koninkrijk dat het rijk van de Perzen zal vernietigen. Dat moet voor Daniël inderdaad schrikwekkend zijn geweest. Maar op het moment dat die grote horen afbreekt, moet het ook veel onduidelijkheid hebben gegeven.
Die ene horen, die symbool staat voor de koning van de machtige rijk, die breekt plotseling af. Daar blijkt geen tegenstander voor nodig te zijn. Dit laat zien dat hoe bruut het ook allemaal kan zijn, God zal ingrijpen. Ook dit rijk heeft geen eindeloze macht. God grijpt in en dat blijkt in de afbreken van horen. Niet dat daarmee het koninkrijk verdwijnt, maar wel zal deze koning, wie dat ook zal zijn, zijn macht kwijtraken.
Op de plaats van die horen komen vier andere horens. En eentje wordt echt groot. Dat gaat weer over vier koningen, die in dat rijk machtig zullen zijn, maar eentje zal groter zijn. Die zal de hele aarde veroveren en ook het sierraadland innemen. Dat sierraadland staat symbool voor het beloofde land. Blijkbaar maakt dit al duidelijk dat er een nieuwe inname komt van het beloofde land. En iets dat opmerkelijk is, is dat deze horen zo groot wordt dat hij groeit tot de sterren. En wat hij zal doen is dat hij de Vorst van het sterrenleger van Zijn offers berooft.
Eigenlijk zijn het wel hele aparte beelden in dit visioen. Toch, als Daniël hierover nadacht moet hij ook beseft hebben dat de offerdienst in Jeruzalem dus weer hersteld zal worden, want anders kan deze koning die zal opstaan, uiteindelijk God Zijn offers niet onthouden. En daarmee is natuurlijk voor ons ook duidelijk dat dit klopt. De offerdienst is weer hersteld, maar ondanks dat de tempel herbouwd is, zal deze ook weer afgebroken worden. Voor Daniël nog niet te bevatten, maar voor ons weer een bevestiging dat de visioenen van Daniël werkelijk kloppen. En ook dat God blijft regeren, zelfs als dat er niet op lijkt. God stelt een grens aan elke macht.
Gebed: Heer, U laat ons zien dat Uw woord klopt, maar er blijven voor ons nog zoveel vragen over. Zelfs nu wij de geschiedenis voor een deel al in vervulling hebben zien gaan. En laat U ons dan ook zien wat wij nu met deze boodschap aan moeten.