"Zo roep ik, de gevangene in de Heere, u op tot een wandel die de roeping waarmee u geroepen bent, waardig is, in alle nederigheid en zachtmoedigheid, met geduld, door elkaar in liefde te verdragen." (Efeze 4:1 en 2)
Ik hoop dat je na gisteren al meer vervuld bent met de liefde van Jezus, dan de dag ervoor. Ik hoop dat je ondertussen verder bent gegroeid. Want dat is nodig om Paulus opdracht van vandaag in beraad te nemen. Want Paulus stapt vanuit het gebed om geloofsgroei voor de gemeente in ene keer over naar een opdracht waar we niet in ene dag mee klaarkomen. Een opdracht die in ieder geval voor de rest van ons leven hier op aarde zal gelden.
De opdracht die Paulus ons meegeeft en die hij schrijft aan de gemeente van Efeze is duidelijk: We moeten wandelen volgens de roeping waarmee wij geroepen zijn. Het is natuurlijk duidelijk dat Paulus ons wijst op onze roeping die door de genade naar ons is toegekomen. In de brief aan de Filippenzen spreekt hij over het wandelen naar het Evangelie. En misschien heeft Paulus ook nog wel gedacht aan de woorden uit de Thora, uit Genesis 17:1 "Wandel voor Mijn aangezicht en wees oprecht." Dat was de opdracht van God aan Abraham. En deze opdracht is niet veranderd. Het mag duidelijk zijn dat als de Koning genade tot ons laat komen, dat we ook volgens de wetten van het Koninkrijk waar deze genade vandaan komt gaan leven. We waren immers medeburgers van de heiligen geworden en huisgenoten van God.
En waar begint dat mee? Begint dat gelijk op de moeilijkste manier die we ons kunnen bedenken? Het is opmerkelijk dat Paulus met de opdracht begint in de gemeente. Binnen de gemeente mogen we beginnen om dit vorm te geven, als gelovigen onder elkaar. Dat hoeft toch niet zo erg moeilijk te zijn, zou je zeggen. Op een plaats waar je veilig deze dingen vorm mag geven, moet dit toch niet te moeilijk zijn. Maar dat betekent dat ook werkelijk elke gelovige zich moet houden aan de woorden van Paulus, anders verdwijnt de veiligheid.
En waar die opdracht uit bestaat? Nederigheid, zachtmoedigheid en liefde met geduld voor elkaar. Dat is nu net hoe het Koninkrijk van God ook is. De meerdere zal de mindere dienen. Daar moet je eens over nadenken dat in Gods Koninkrijk de meerdere altijd de mindere dient. In het Koninkrijk van God wast Jezus de voeten, dienen de engelen die groter zijn in macht en kracht de mensen, buigt God Zelf neer voor hoogmoedige mensen. Dat is de regel van het Koninkrijk. En ik geloof als we dat werkelijk op deze manier gaan doen, dat we een stroom van leven de wereld laten instromen. En laten we nu eens oprecht bij elkaar beginnen. Ik wil de minste zijn en jij mag de meeste zijn. En als die ander nog niet zo ver is, laten we dan geduld hebben met elkaar en elkaar in liefde verdragen. Misschien mocht jij al meer leren van Jezus' liefde dan die ander. Jezus kwam al Eén Die dient en dat is ons tot voorbeeld.
Gebed: Vader, ik dank U dat Jezus mij laat zien dat Hij Die de meeste is, Zich als de minste wilden geven zodat ik kon ontvangen wat ik nodig had. En leer mij om zo te dienen in nederigheid, zachtmoedigheid en geduld.