“Zij zeiden tegen hem: Zie, u bent oud geworden en uw zonen gaan niet in uw wegen. Stel daarom een koning over ons aan om ons leiding te geven, zoals alle volken.” (1 Samuël 8:5)
De laatste tijd werd ik nogal bepaald bij de persoon van Saul. Misschien niet de meest logische persoon om de komende tijd over na te denken, en misschien zo op het oog ook niet de persoon waardoor je geloof opgebouwd wordt. En op het eerste gezicht lijkt dat misschien ook wel zo.
Maar de vraag die mij rondom Saul vooral bezighield was de vraag hoe het toch mogelijk kon zijn dat iemand die de Geest van God heeft gekregen, zelfs profeteerde, toch uiteindelijk ten onder ging aan een boze geest. Hoe is het mogelijk dat leiders die de Geest hebben ontvangen, deze toch lijken kwijt te kunnen raken. En dat leidde tot schokkende ontdekkingen.
En het zou wel eens kunnen zijn dat we in de kerk leiders hebben in de stijl van Saul. Leiders die wel door God zijn aangesteld en daarvoor de Heilige Geest hebben gekregen, maar door overeenkomstige omstandigheden zoals Saul zijn ze de Geest kwijt geraakt en heeft satan ruimte gekregen in de kerk waardoor vrucht en groei uitblijft.
Het koningschap van Saul begint op een opmerkelijk moment in de geschiedenis van Israël. Het is zo’n beetje aan het eind van het leven van Samuël dat Israël bij de oude Samuël aanklopt. Samuël heeft zijn zonen ondertussen als richters aangesteld over Israël, maar daar zijn de oudsten van het volk het niet mee eens. De zonen van Samuël bleken niet in zijn wegen te gaan. In die zin was het argument om hen niet als richters aan te stellen niet verkeerd. Maar ze gebruikten dit om iets anders voor elkaar te krijgen.
Israël was er eigenlijk klaar mee dat een of andere profeet van God leiding aan het volk zou geven. Ze zouden veel te afhankelijk blijven van God en van Gods spreken. Ze willen een koning, net als de volken om hen heen. Ze willen geen leiding meer van God, maar gewoon van een sterke man die de oorlog ingaat op het moment dat hij denkt dat dit nodig is. En man die krachtig leiding geeft en niet langer iemand die zo ‘zweverig’ en ‘geestelijk’ leiding geeft.
Samuël wordt er boos en verdrietig om, maar God zegt hem dan duidelijk: “Samuël, ze wijzen jou niet af, maar Mij. Ze zullen een koning krijgen en de gevolgen zullen voor hen groot zijn. Ze zullen hun zonen kwijtraken aan de strijd en het hof en hun dochters zullen ook moeten dienen.”
Het volk wil een leider die leiding geeft met zijn verstand. Het volk wil niet langer Gods volk zijn, maar Israël dat onder leiding van een koning staat. En de kerk, wat willen wij eigenlijk? Is de kerk nog de plaats waar God bepaald en regeert, of zijn we dat in de kerk ondertussen al veel verder kwijt dan we eigenlijk eerlijk onder ogen willen zien. Leiders zijn belangrijk, ja zelfs bepalend geworden. Velen laten hun geloofsleven afhangen van leiders in de kerk. Israël en de kerk ligt minder ver bij elkaar vandaan dan dat wij vaak beseffen.
Gebed: HERE God, U bent meer Koning dan welke koning op aarde. U bent meer Leider dan welke leider ook op aarde en in de kerk. Geef ons onderwijs over leiderschap, juist ook over geestelijk leiderschap.