Thema: Advent en Kerst
“Zacharias vroeg aan de engel: ‘Hoe kan ik weten of dat waar is? Ik ben immers een oude man en ook mijn vrouw is al op leeftijd.’” (Lukas 1:18)
Als er een periode in de wereldgeschiedenis is geweest dat veel engelen een zichtbare rol hebben gespeeld, dan is het wel rond de geboorte van Jezus geweest. De kans is groot dat jij nog nooit een engel hebt gezien. Al ken ik ook mensen die wel engelen hebben gezien. Het was een paar weken terug dat ik de vraag kreeg om over engelen te preken. De gemeente waar ik voor zou gaan hadden een vierluik van thema’s bedacht voor de Adventstijd. Waar ga je het dan over hebben? Uiteindelijk heb ik maar één aspect van engelen eruit gelicht en ik ontdekte een aantal principes die ik ook de komende drie keer aan je wil doorgeven.
Je kunt natuurlijk over engelen zoveel zeggen dat je er wel meer preken over zou kunnen houden, maar dat past dan misschien weer minder goed in de Adventstijd. Als je naar de verschijningen van engelen kijkt in de Adventstijd dan ontdek je dat ze eigenlijk maar één ding doen: Ze brengen een boodschap van God over. In de Bijbel zie je ook dat engelen veel andere taken hebben. Van strijden tot beschermen en van aanbidden tot dienen voor de troon, maar in de Adventsverhalen komen ze vooral met boodschappen van God. En in al die verhalen valt er één ding op: De reactie van de ontvanger bepaalt dan heel veel hoe de ontvanger verder gaat. En dat lijkt wel een principe dat ook wij kunnen toepassen op onze manier van omgaan met Gods boodschap.
De eerste keer dat engel Gabriël naar de aarde wordt gestuurd is zo’n 15 maanden voor de geboorte van Jezus. Hij staat ineens in de tempel naast Zacharias. Zacharias was al op leeftijd gekomen en zijn vrouw ook en in hun leven was een groot verdriet, want ze waren kinderloos gebleven. Ze hadden er veel om gebeden, maar het leek wel of deze gebeden niet verhoord waren. Dan ineens staat er een engel naast hem. En ook als priester in de tempel was dat echt niet een ervaring die je elke dag meemaakte, ondanks dat Zacharias er wel van wist wat engelen waren, want de afbeeldingen rondom en in de tempel van engelen waren er velen.
De engel zegt dat hij niet bang hoeft te zijn en dat zijn gebed is verhoord. Daarvan springt Zacharias nu niet bepaald een gat in de lucht. Dat kunnen wij vreemd vinden, maar als je naar een verzorgingshuis zou gaan met de boodschap dat een van de bewoonsters binnenkort zwanger zou zijn, dan zou ook iedereen je aankijken alsof ze water zien branden. Dat Zacharias het niet begrijpt, is geen probleem, dat zullen we later ook bij Maria wel zien, maar zijn reactie, daar gaat het mis. Hij zegt namelijk tegen Gabriël: “Hoe zal ik weten dat het waar is”. En dat terwijl Gabriël hem ook nog een profetische belofte van de voorloper van de Messias vertelt. Ondanks dat vraagt hij om een bewijs dat Gods boodschap klopt. En dat kan hij krijgen, hij kan negen maanden niet spreken en waarschijnlijk ook niet horen. Het Grieks geeft aanleiding om dit, in combinatie met alle gebaren die er later van de omstanders komen, te denken.
Waar het om gaat is de reactie van Zacharias op de boodschap van God. Als je Gods boodschap niet gelooft, dan zul je zwijgen. Dat gold niet alleen voor Zacharias, maar ook voor ons. Stel dat God op je hart legt om bij je buurvrouw die ziek is een pannetje soep te brengen, maar jij gelooft niet dat God dit zegt? Dan is de kans groot dat je het niet doet. Ongeloof zorgt voor zwijgen. Niet alleen ongeloof van de Evangelieboodschap, maar ongeloof van Gods spreken op elk niveau. Dat is de eerste les die de engelenervaringen ons vandaag leren.
Gebed: Heer, leer mij om Uw stem te verstaan en daarop te reageren.