Thema: Die naaste van je... - #dienaastevanje
“En het tweede, hieraan gelijk, is: U zult uw naaste liefhebben als uzelf.” (Mattheüs 22:39)
Het wordt weer tijd om aan een nieuwe serie te beginnen in ‘Tijd met God’. We hebben een aantal weken geoefend om met onze ogen te kijken. Wellicht kom ik daar nog een keer op terug als ik weer een nieuwe serie foto’s heb gemaakt die hierbij passen. Ik wil nu met een nieuw thema beginnen. Het thema: ‘Die naaste van je…’ Bewust heb ik het thema een wat negatieve klank meegegeven, omdat als we het over onze naaste hebben, het makkelijk is om van je naaste te houden die je graag mag, maar ik moet je eerlijk zeggen dat ik mijn naaste heel wat lastiger vind op het moment dat ik hem niet zo graag mag.
Nog een tweede inleidende opmerking vooraf. Zoals de meeste lezers wel weten is dat ik een stevig behoudende opvoeding heb gehad. Daardoor heeft het thema ‘je naaste’ voor mij een beetje de klank gekregen dat dit een thema is dat paste bij het deel in de kerk waarvan ik leerde dat ze het niet zoveel over Jezus hadden en daarom maar begonnen zijn met naastenliefde. Het zou kunnen dat jij op jouw manier ook bepaalde gedachten krijgt bij een thema over je naaste. Dan wil ik je vragen om die gedachten even los te laten, zeker als er wat weerstand in zit. Weet je waarom? Omdat Jezus wel heel vaak spreekt over onze naaste. En, misschien wat vervelend, maar Jezus spreekt altijd in positieve zin over onze naaste.
Laten we even met de basis beginnen, dat doet Jezus namelijk ook. Er zijn situaties waarin Jezus spreekt over onze naaste waar het kan gaan over je ongelovige naaste of je gelovige naaste. Dan maakt Hij geen duidelijk onderscheid, terwijl dat op andere momenten meer duidelijk is. Soms spreekt Hij over ‘elkaar’ en dan lijkt het te gaan over medegelovigen, maar ook dat vullen we dan wel weer makkelijk in, want die opmerkingen van Jezus kun je bijna altijd net zo goed toepassen op ongelovigen of andersgelovigen.
Hoe dan ook heeft Jezus één basisregel waar alles dan verder uit voortkomt. Over al dat andere gaan we nadenken, maar de basis die Jezus geeft is deze: ‘Heb je naaste lief zoals jezelf’. Hij noemt dit zelfs het tweede gebod. Het eerste gebod is God liefhebben en dan komt niet na heel veel geboden en regels over van alles en nog wat ook nog een keer onze naaste, maar Jezus noemt de naaste als tweede.
Nou, dat klopt niet helemaal. Die naaste staat op een tweede, gedeelde plaats. Je naaste liefhebben zoals jezelf. Jij en je naaste staan in de rangschikking van liefhebben voor Jezus op dezelfde plaats. Eigenlijk geeft Jezus je dus een dubbele opdracht. Je moet jezelf liefhebben en je naast op dezelfde manier. Dus als jij alle aandacht voor jezelf vraagt, moet je alle aandacht ook aan je naaste geven, zou je kunnen zeggen. Een puber kan zomaar tegen je zeggen: “Ik hoef mijn naaste niet lief te hebben, want ik heb ook mijzelf niet lief”. Maar die ruimte geeft Jezus je niet. Het tweede gebod is jezelf en je naaste liefhebben. Die naaste is dan iedere willekeurige persoon die op welke manier jou leven ook maar kruist. Al is het die vluchteling op Lesbos die je alleen in de media ziet. Iedereen wordt ineens jouw naaste. En nog lastiger: Dat tweede gebod is gelijk aan het eerste. Ineens lijkt Jezus God, jij en je naaste in ene zin te plaatsen als het over liefhebben gaat. Dat is iets om over na te denken, voordat Jezus ons uitlegt waarom Hij wil dat we onze naaste liefhebben.
Gebed: Heer, mijn naaste liefhebben vind ik lang niet altijd eenvoudig en Uw gebod daar struikel ik regelmatig over, omdat niet iedere naaste zo fijn is om mee om te gaan. Helpt U mij hierbij dan?