Thema: Op weg met Jezus
"Hij zei tegen hen: Maar u, wie zegt u dat Ik ben? Petrus antwoordde en zei: De Christus van God." (Lukas 9:20)
Als ik aan mijn catechisanten vraag om te reageren op “Jezus is…”, dan kost het even wat moeite om op gang te komen, maar als ze dan eenmaal op gang zijn is er ook geen stoppen meer aan. Of het allemaal altijd klopt wat ze zeggen, kun je je wel afvragen, maar er komen een heleboel reacties. Het wordt dan ook altijd weer duidelijk wat ze er nu van begrijpen en wat niet. Jezus ook Vader noemen, laat zien hoeveel moeite ze hebben met de verschillende personen in God. Maar nu vraag ik het niet aan een aantal catechisanten, ik vraag het nu aan jou. Wie is Jezus?
Die vraag kun je heel veilig en op afstand beantwoorden. Jezus is Redder, Zaligmaker en ga zo nog maar even door. Dit antwoord kan iedereen natuurlijk geven, net zo goed als dat massa’s kerkgangers op zondag belijden: “Ik geloof in de vergeving van zonden”. Ik wil niet hard overkomen, maar dat gelooft de duivel ook en zijn demonen niet minder. Het gaat bij deze vraag natuurlijk om een vraag aan jou persoonlijk.
Jezus liep rond op aarde en ondertussen hoorde Hij natuurlijk allerlei meningen over Wie Hij zou zijn. De diversiteit was groot. Sommigen zagen Hem als een profeet, anderen als Elia, Herodes dacht nog even dat Johannes de Doper weer was opgestaan en de Farizeeën hadden Jezus zelfs de leider van de demonen genoemd. Er waren antwoorden die ergens wel klopten, maar ook antwoorden die werkelijk verschrikkelijk waren. En na het wonder van de vijf broden en twee vissen zagen velen toch wel de wonderen die Hij deed. Ze vonden dat zeker mooi en bijzonder, maar of ze het nu begrepen is echt maar de vraag.
Je kunt de vraag naar onze tijd natuurlijk net zo goed stellen wat mensen begrijpen van Jezus. Volgens een moslim is Jezus echt wel een belangrijke profeet, maar dan stopt het toch echt. Jezus laat het niet bij deze afstandelijke kennis zitten en stelt gewoon recht op de man af de vraag. Eerst nog een veilige vraag: “Wie zeggen de mensen dat Ik ben?”, waar Hij al lang een antwoord op had gehoord in de wandelgangen. En dan der vraag direct op de man af.
Alsof Jezus zei: “Allemaal heel mooi wat al die mensen van Mij zeggen, maar daar schiet je dus gewoon niets mee op”. Dat geluid in sommige kerken waar gezegd wordt: “Ik ben een zondaar en Jezus is gekomen om de zonden te vergeven”, maar waar dat niet persoonlijk wordt en mensen hun leven lang in twijfel achterlaat. Jezus vraagt niet wie de discipelen zijn en ook is het niet belangrijk wat ‘men’ van Hem vindt, Hij wil weten wat de discipelen van Hem geloven: “Wie ben Ik, volgens jullie?”
Jezus is gisteren en heden en tot in eeuwigheid Dezelfde en daarom stelt Hij vandaag, terwijl Hij jou in je ogen kijkt dezelfde vraag: “Wie zeg jij dat Ik ben?”. Niet met je verstand, maar Wie is Jezus voor jou? Wat betekent Hij voor jou? En nu zou het kunnen zijn dat je denkt: “Nou, Theo, ik geloof echt wel hoor, waarom zaag je zo door?”. Het gaat niet om door te zagen, maar het is goed om opnieuw deze vraag van Jezus te beantwoorden. Aan de ene kant om opnieuw te beseffen hoeveel Jezus voor je betekent en aan de andere kant, als er mensen zijn die je deze vraag stellen, dat je ook vanuit je passie kunt zeggen: “U bent Jezus, de Christus, mijn Redder en door U leef ik”.
Jezus laat het bij Zijn discipelen tot een onderscheid aankomen ten opzichte van al die mensen die van alles van Hem vinden zodat Zijn discipelen en jij en ik beseffen: Jezus is mij persoonlijk alles waard en van Hem heb ik het leven ontvangen en door Hem leef ik.
Gebed: Heer, U ben mijn Redder, mijn Jezus, mijn Gezalfde van God, mijn alles!