Geliefden, ik roep u op als bijwoners en vreemdelingen u te onthouden van de vleselijke begeerten, die strijd voeren tegen de ziel. (1 Petrus 2:11)
Het is opvallend in het Nieuwe Testament dat de apostelen telkens oproepen tot een heilige levenswandel en vanuit die oproep de gelovige aanspreken in wie ze zijn. We zien dit bij Paulus, maar ook hier bij Petrus is dat niet anders. Het gaat Petrus er om dat de heidenen door de levenswandel van de gelovigen God gaan verheerlijken. Eigenlijk is de oproep van Petrus nog dieper. Vanuit de aanspraak in dit vers roept hij de gelovigen er toe op om te laten zien dat ze niet meer van deze wereld zijn, maar dat ze het Koninkrijk van God laten zien aan de mensen om hen heen.
Wie jij bent, bepaald hoe jij je gedraagt. Wij denken heel vaak andersom. Wij denken dat je gedrag bepaalt wie jij bent. Maar de Bijbel leert ons wat anders. Gods logica is anders dan de onze en God stelt dat je gedrag wordt bepaald door wie je bent. En dit is dan ook de insteek van Petrus en ook vaak van Paulus.
Op het moment dat jij er alles aan gaat doen om als een hemelburger te leven, maar je beseft niet dat je dit eigenlijk bent, dan wordt de oproep tot heiliging een hele krampachtige houding. Soms hoor je binnen bepaalde heiligingsbewegingen dat je van alles moet doen, maar dan val je dus weer gewoon terug in de wet. Je gedrag wordt namelijk aangestuurd door je identiteit en vandaar dat het wezenlijk belangrijk is om je identiteit in Christus echt te kennen.
Petrus noemt zijn lezers hier 'bijwoners' en 'vreemdelingen'. Dat ben je door genade, dat ben je in Christus. Dan ben je nog wel op deze aarde, maar je identiteit is veranderd. Je hebt eigenlijk je aardse paspoort ingeleverd en je kreeg het hemelse pasoort. Je bent opnieuw geboren als een hemelburger. Een inwoner van een land is normaal gesproken trots op zijn vaderland, want daar liggen zijn roots. Zo is het ook met hemelburgers. In Christus liggen je roots in de hemel, daar vanuit leef je.
Als je op vakantie gaat naar het buitenland, dan ga je niet leven als een buitenlander, maar je blijft leven als Nederlander. En natuurlijk moet je je houden aan de wetten in het land waar je tijdelijk bent, maar je leefregels veranderen niet. Jij bent op dezelfde manier hier op aarde een vreemdeling. Je bent hier wel tijdelijk, maar je Vaderland is Boven.
En het feit dat je Vaderland Boven is, maakt dat je gaat leven volgens de leefregels van Boven. Wees je eens bewust dat jij een hemelburger bent door geloof. Dat is je Vaderland, dat is je Thuis. En hier op aarde leef je volgens de regels van jouw Vaderland. En dat gaat opvallen, want het Koninkrijk van Boven is een Koninkrijk van dienen en leven voor de Koning. Maar laat alle vleselijke begeerten die bij deze vreemde wereld horen los, want die voeren strijd tegen je diepste wezen. Ga niet over grenzen heen, maar leef vanuit je Koninklijke hart! Jij bent hier een vreemdeling en bijwoner en jij bent thuis in de hemel!
Gebed: Ik ben hier een vreemdeling, maar Heer, ik vind het soms wel heel moeilijk als mensen daardoor niet met mij overweg kunnen. Ik verlang in mijn diepste intentie om echt te leven als een hemelburger, maar helpt U mij om staande te blijven in een wereld die hier niet van wil weten.