Thema: Op pad met Paulus
“En zij zeiden: Geloof in de Heere Jezus Christus en u zult zalig worden, u en uw huisgenoten.” (Handelingen 16:31)
Je zou je de vraag kunnen stellen hoe genadig je voor je vijanden bent. Nu heb je misschien helemaal geen vijanden, dus kun je je dat maar moeilijk voorstellen. En de kans is ook nog eens groot dat je heel vredelievend bent en zegt dat je eigenlijk nooit wraakgevoelens hebt. Dus ja, de vraag is of je antwoord kunt geven op de vraag hoe genadig je bent. Als je even meekijkt met Paulus en Silas dan hoef je niet eens echt vijanden te hebben, maar zijn ze er ineens. En wat doe je dan als zo’n vijand je ineens om genade vraagt, of misschien nog wel anders, wat doe je dan als je vijand zichzelf van het leven wil beroven?
Paulus en Silas waren natuurlijk niet bij iedereen populair gebleven. Verre van dat. Als je iemand van een demon bevrijdt, maar daardoor stoppen de inkomsten van haar meesters, dan kun je wel aanvoelen dat er niet heel vrolijk gereageerd wordt. Sterker nog, ineens hebben Paulus en Silas serieuze vijanden en komen ze in de gevangenis terecht. Ze komen niet zomaar in de gevangenis terecht, ze krijgen eerst nog flinke klappen met stokken en daarna worden ze overgeleverd aan de cipier van de gevangenis. En nu moet je niet aan het eind van het verhaal beginnen op het moment dat die cipier van zijn zelfmoord is weerhouden, je moet gewoon even de cipier zien hoe hij aan het begin van het verhaal is.
Nu staat daar niet veel over, maar iemand die een cipier was in die tijd, was echt niet zo’n lekkere jongen. Het was iemand die zijn gevangenen het leven niet beter maakte en omdat hij daarnaast een eventuele ontsnapping met zijn eigen leven moest betalen, zat hij er ook kort bovenop en dat was niet de meest lekkere manier. Je kunt er gerust vanuit gaan dat na de stokslagen, er ook in de gevangenis nog wel een klap is gevallen. En de manier van in het blok gezet worden is ook niet zachtzinnig gegaan. Dus met andere woorden, ook die cipier was niet de fijnste ontmoeting voor Paulus en Silas en de vraag is, hoe kijk je dan naar zo’n man?
Dan komt het prachtige moment dat Paulus en Silas beginnen te bidden en beginnen om lofzangen te zingen. Daar werkt God doorheen. Het laat zien hoe krachtig aanbidding is in de geestelijke gewesten. Daar kunnen we heel veel over zeggen, maar daar is al veel over gezegd en neem het maar als conclusie mee: Zingen doet iets in de geestelijke wereld. Waar je nu vooral even naar moet kijken is naar de afloop van het verhaal. Er komt een aardbeving en alle deuren springen open. Wat zou jij doen? De meest normale manier is toch dat je er zo snel mogelijk vandoor zou gaan?
Het valt op dat Paulus en Silas dat dus niet doen. En kennelijk blijven ook de andere gevangenen nog even beduusd om zich heen kijken en op dat moment neemt Paulus direct de leiding. Niet om er zo snel mogelijk van door te gaan, maar het eerste wat hij doet is de cipier er van weerhouden om een eind aan zijn leven te maken. Begin je de vraag aan het begin wat meer te begrijpen over hoe genadig jij bent voor je vijanden? Die cipier was niet zo’n lekkere jongen en de ervaringen die Paulus en Silas hadden waren ongetwijfeld erg pijnlijk. Toch is Paulus genadig. Hij denkt niet: “Laat die kerel zich maar van het leven beroven, dan zijn we van hem af”. Paulus voorkomt de actie van de cipier en zegt dat iedereen er nog is.
Vervolgens komt die cipier naar hen toe en vraagt wat hij moet doen om zalig te worden. Kennelijk waren de lofliederen bij hem binnengekomen en was er het besef gekomen dat die Paulus en Silas toch wel erg bijzonder moesten zijn. En dan kun je nog een keer de vraag stellen hoe genadig je bent. Paulus had ook kunnen zeggen: “Zaligworden? Dan zul je ons eerst nog even om vergeving moeten vragen”. Paulus is helemaal niet met zichzelf bezig, hij doet wat hij moet en wijst hem genadevol de weg. En dat ondanks alle pijn die hij geleden had. Hoe genadevol wil jij zijn aan hen die jou pijn hebben gedaan?
Gebed: Heer, Paulus is een voorbeeld voor mij om genadevol te zijn, zo wil ik kiezen ook altijd te leven voor U.