Thema: Eerste brief van Petrus
"Want nu is het de tijd dat het oordeel begint bij het huis van God; en als het eerst bij ons begint, wat zal het einde zijn van hen die het Evangelie van God ongehoorzaam zijn?" (1 Petrus 4:17)
Hoe verder we nadenken over de brief van Petrus, hoe meer je tegen van die teksten aanloop waarvan je denkt te weten wat er staat, maar ondertussen klopt er niets van. Kijk even naar de tekst van deze keer: "Want nu is de tijd dat het oordeel begint bij het huis van God". Ik moet zeggen dat ik vroeger deze tekst regelmatig te horen kreeg. Dan wel in de uitleg rondom dat er gevonden werd dat de kerk verwaterde en dan werd er gezegd dat het oordeel bij het huis van God begint. Ik hoorde dan dat de kerk steeds minder ware gelovigen had en wat geloof leek dat echt geen geloof was, maar het oordeel begint ook bij het huis van God. Alsof God eerst de schijngelovigen zou gaan oordelen. Dan kom je toch vreemd uit bij deze tekst. Petrus zegt namelijk iets anders.
Eerst even een paar handige aanwijzingen om een tekst te lezen, zonder dat je gelijk theoloog hoeft te zijn. De tekst begint met het woord 'want'. Dit is altijd een woord dat verbonden is met het voorgaande. Dat is altijd zo, dus als je iets van een tekst wilt begrijpen, dan moet je ook even lezen wat er aan vooraf gaat. Het tweede dat altijd belangrijk is, is dat je even bij bepaalde termen kijkt wat er mee bedoeld wordt. Zeker als termen niet letterlijk bedoeld zijn, maar overdrachtelijk. Dus een term als 'huis van God' moet je helder hebben wat dit is. Als daar het oordeel begint, dan moet je wel weten wat het huis van God is. Dat is in dit geval namelijk niet de kerk als een gebouw. Er staat direct achteraan: 'en als het eerst bij ons begint'. Petrus gebruikt andere woorden, maar het gaat om hetzelfde. Het huis van God zijn wij. Het oordeel begint bij het huis van God en àls het eerst bij ons begint, dan...
Petrus heeft het dus gewoon tegen zijn lezers. Daar begint het oordeel van God. Nu nog even dat woord 'want'. Dat slaat op die zin ervoor, maar eigenlijk ook op het hele gedeelte. Het gaat telkens over het lijden van een gelovige, die onterecht lijdt en het lijden van een kwaaddoener, die terecht straf ontvangt en zo moet lijden. Dat huis van God zijn de lezers en dat zijn degenen waarover Petrus zegt: "Laat niemand van u lijden als een moordenaar, dief of kwaaddoener". Dus het huis van God zijn de lezers die onterecht lijden omdat ze een gelovige zijn. En dat lijden, noemt Petrus begin van het oordeel. Het oordeel van God over de wereld, waar begint dat dus? Niet in de wereld, niet met natuurrampen en oorlog, maar het begint met het onterechte lijden van de gelovigen. Dat waarover Petrus als eerder zei dat dit lijden en vorm van genade is, maar dat dit lijden ook het oordeel voor de daders hiervan van God zal komen. Het betekent hier dus niet dat wij als gelovigen onder Gods oordeel komen, maar God heeft reden om de daders straks te oordelen. Hier begint dus eigenlijk het oordeel van God. Het is lijden dat geleden wordt in navolging van Jezus en net zoals Petrus over het lijden van Jezus, ook het oordeel uitspreekt over degenen die Hem doorstoken hebben, zo zegt hij het hier ook weer.
Als je zo kijkt naar wat Petrus zegt en daar de ranglijst van de vervolgde kerk van Open Doors naast legt, dan beseffen we dat het oordeel volop is begonnen. We zitten midden in de eindtijd, want dit oordeel dat Petrus noemt, is al niet meer aan het begin, maar al veel verder. En ook wij, als wij op welke manier dan ook lijden omdat we gelovigen, daarmee wordt Gods oordeel zichtbaar. Dat is een heel andere focus op wat er gebeurt.
Gebed: Heer, Uw oordeel is al lang begonnen en zicht waar Uw kinderen onderdrukt en vervolgd worden. Het is onomkeerbaar en we wachten op de komst van Jezus, zodat het oordeel ook zal worden uitgesproken over hen die Jezus en Zijn gelovigen verachten.