"En stel uw leden niet ter beschikking aan de zonde als wapens van ongerechtigheid, maar stel uzelf ter beschikking aan God, als mensen die uit de doden levend geworden zijn. En laat uw leden wapens van gerechtigheid zijn voor God. Want de zonde zal over u niet heersen. U bent namelijk niet onder de wet, maar onder de genade." (Romeinen 6:13 en 14)
Geestelijk is de macht van de zonde gebroken, dat is zo, dat is een absolute zekerheid. De zonde heeft geen enkel recht meer binnen het geloof, maar aan de andere kant ligt er ook een grote verantwoordelijkheid aan onze kant. Paulus spreekt wel duidelijk met twee woorden. In de eerste plaats de geestelijke waarheid de ene kant, maar dan nog de andere kant, onze concrete, praktische kant, binnen de verantwoordelijkheid van het geloof. En dat is verre van zweverig, maar hele duidelijke aanwijzingen voor nu en elke dag van ons leven.
Want als je dan met Christus bent gestorven en de macht van de zonde is gebroken, dan is het bevel van Paulus: Stel je leden, je lichaam niet ter beschikking aan de zonde! Als je op een zondige manier je lichaam gebruikt dan worden het werktuigen van de ongerechtigheid. Heel concreet betekent het dan dat je lichaam een middel is waardoor je ongerechtigheid bevordert. En Paulus maakt het heel duidelijk dat dit het punt is waar het om draait.
Je lichaam, daarin bevindt zich alles wat van God is en vooral is Gods Geest in je lichaam gekomen. En met Gods Geest in je lichaam, kun je toch je lichaam niet voor de zonde gebruiken? Sterker nog, Paulus geeft ook geen kans om er dan maar niets mee te doen. Het is niet zo dat Paulus zegt: "Weet je, ga nu maar lekker in de kerk zitten, zondig vooral niet en dan is het goed." Soms zouden wij dat misschien wel heel handig vinden, maar dat is het ook niet.
Paulus stelt dat we onze leden, ons lichaam, beschikbaar moeten stellen voor God. Zo eenvoudig is het, ons lichaam is bedoeld om een instrument te zijn om de gerechtigheid van God te dienen. Met andere woorden, ons verloste lichaam is bedoeld om hier op aarde vrucht te dragen voor God. En niet door passief te zijn, maar vooral om door actief je lichaam in te zetten voor God.
En dat kan en daar is geen reden voor te bedenken waarom dit niet zou kunnen. Want de zonde zal over je niet meer heersen, dat is de ene kant, maar omdat je onder de genade bent, zal Gods gerechtigheid over je heersen. Dat is wat er mogelijk is, en daarbij worden we opgeroepen om dat heel actief te doen. Dan zal ook de zonde geen nieuwe pogingen blijven doen. Natuurlijk zal het soms misgaan, maar heersen zal de zonde echt willen proberen op het moment dat jij ruimte geeft aan de zonde door je lichaam daarvoor te gebruiken. Want zodra jij je lichaam ter beschikking stelt aan de zonde, dan zal het misgaan en krijgt de zonde, de ruimte die hij niet meer mag hebben. Je geeft de zonde zoveel macht als dat jij er ruimte voor geeft.
Gebed: Vader, ik wil mijn hele lichaam gebruiken voor U. Ik wil mijn lichaam gebruiken als een instrument voor Uw dienst en voor de gerechtigheid.