"Is het niet zo dat u, als u het goede doet, uw hoofd kunt opheffen? Maar als u niet het goede doet, ligt de zonde aan de deur. Naar u gaat zijn begeerte uit, maar ú moet over hem heersen." (Genesis 4:7)
Wanneer is de zonde machtig in ons? Wanneer heeft zonde gevolgen voor onze daden en voor onze houding. Dat is eigenlijk de vraag die we moeten stellen om te begrijpen wat er bij Kaïn gebeurt, vlak voordat hij zijn broer doodslaat. Want hoewel zijn offer door God wordt afgewezen, komt God nog wel naar Kaïn toe. God heeft wel gezien dat Abel het beste bracht voor Hem. Tot zelfs het vet van de eerstegeborene van zijn dieren had God ontvangen, echt het allerbeste en het allereerste. En nu komt God naar Kaïn toe en vraagt heel eenvoudig: "Kaïn waarom is je gezicht vervallen." Waarom heeft Kaïn zo'n woede toegelaten dat hij zichzelf er in kwijt raakt.
Dit is wat begeerte en hebzucht met je doet. En zeker als Kaïn dan ziet dat God geen genoegen neemt met dat wat hij eigenlijk wel genoeg voor God vond. En natuurlijk, Abel, dat vrome broertje van hem, die moest natuurlijk meer voor God overhebben. En hij wordt woedend. Zijn gezicht vervalt, het raakt verwrongen en hij ziet de ander niet meer. De hebzucht en dat wat hij genoeg vond, maar waar hij van God geen waardering voor krijgt, krijgt de regie over hem.
God zegt tegen hem dat als hij het goede zou doen, dat hij zijn hoofd gewoon omhoog zou kunnen heffen. Dat is het enige wat nodig is. Kaïn doet het goede niet en nu kan hij niemand meer recht in zijn gezicht kijken en God al helemaal niet meer. En als het zover komt, dan ligt de zonde aan de deur. Dat is een monster, dat gaat regeren als je hem toelaat. Maar dat is niet wat God wil. En daarom komt Hij nog naar Kaïn toe en Hij waarschuwt hem. Als je de zonde toelaat, neemt het bezit van je.
Als jij je geld toelaat in je leven, of als jij er een gewoonte van maakt om altijd te liegen, dan neemt het de controle over je leven over. Als jij zegt tegen de zonde, en vooral ook tegen de macht van satan die in die zonde zit: "Ik laat je toe in mijn leven", dan zal het ook werkelijk de controle overnemen. Satan ligt namelijk aan de deur om je te verwoesten. Maar dat is niet de bedoeling! Het is de bedoeling dat wij over de zonde heersen en hij niet over ons. En in de belofte van de Messias ligt al de macht om over satan te heersen. Je mag zonden en satan niet toelaten, want dan gaat het mis. Als je begeert naar de zonde, naar je verslaving, naar macht en aanzien of wat ook, of er aan toegeeft, dan heb je al verloren en verscheurt dit monster je.
David zou later zeggen als hij de zonde toelaat en die geheim houdt dat hij daardoor verdroogde. Het breekt je af, ook als je Gods kind bent. Dan ben je voor je ondergang wel gered, maar krijgt satan en de zonde veel te veel regie en controle. Laat dat niet toe en breek ermee!
Gebed: HEER, de zonde en satan is een monster en dat monster gun ik in mijn leven geen millimeter ruimte. U krijgt de grootste plaats in mijn leven en ik breek met elke macht die daar tegenop staat.