Thema: Kerst-Advent
“Ze gingen meteen op weg, en troffen Maria aan en Jozef en het kind dat in de voederbak lag.” (Lukas 2:16 – NBV21)
“En zij gingen met haast en vonden Maria en Jozef, en het Kindje liggend in de kribbe.” (Lukas 2:16 - HSV)
We zijn ondertussen negen maanden verder in de tijd. Weer verschijnt er een engel. Zijn naam wordt deze keer niet genoemd, maar het zou mij niet verbazen als het ook nu weer om Gabriël ging. De engel die de boodschappen mag brengen in de volheid van de tijd. Het moment dat God de tijd vol ziet en Hij Zijn Zoon geboren laten worden. Tenminste, zo schrijft Paulus het in de brief aan de Galaten. En op dat moment verschijnt een engel aan een paar herders in het veld. En ook zij krijgen een boodschap.
Het is in de eerste plaats ook niet een bepaald normale gang van zaken dat een paar herders een engel te zien krijgen. Misschien zou je het bij hen wel het laatst verwachten en de schrik is bij hen erg groot. Toch krijgen ook zij te horen dat ze niet hoeven te schrikken en dat ook zij een goede boodschap krijgen. Ze krijgen te horen dat hun Redder, de Messias geboren is. Wat ze er van geweten hebben, is niet duidelijk, maar er vallen bij hen ook een paar dingen op.
In de eerste plaats valt op dat ze zwijgen. Ze lijken wel met stomheid te zijn geslagen, maar niet zoals Zacharias. Bij hen zijn het de omstandigheden en niet het gevolg van ongeloof, want hun zwijgen verandert heel snel. Als de van de schrik zijn bekomen en de hele boodschap hebben gehoord, dan weten ze dat God Zijn vreugde in de mensen heeft gevonden en daarom de Redder heeft gestuurd. Dat was de boodschap van al die engelen die op dat moment verschenen.
In de NBV21-vertaling staat dan dat de meteen op weg gaan om te zien wat hen is verteld. De HSV vertaalt nog wat krachtiger: Ze gaan met haast. Met andere woorden: Ze laten er geen gras over groeien. Ook bij heen geen enkel woord van ongeloof, maar enkel geloof in de boodschap van de Heer. Als ze dan aankomen bij de voerbak en daar Maria en Jozef met Jezus zien, vertellen ze hen alles wat hen was overkomen. Voor Maria zijn dit kostbare woorden die ze opslaat in haar hart. Het getuigenis op het geloof van die herders bemoedigt dus moeder Maria.
Toch blijven ze daar ook niet treuzelen. Hun geloof in die woorden is zo groot dat ze het overal gaan vertellen. Ze zijn werkelijk onder de indruk van het Kind in de voerbak. Nu is het zo dat die herders maar een heel klein stukje kennen van het verhaal van Jezus. Jij en ik, wij weten veel meer. Wij weten dat Jezus niet alleen kwam om ons te redden, maar dat Hij ons ook kwam terug brengen in de relatie met God de Vader. Toen de volheid van Gods tijd was gekomen, zond Hij Zijn Zoon naar de aarde, als kind, geboren onder de wet om ons die onder de wet zijn, vrij te kopen. Maar dat niet alleen, ook om Zijn Geest te geven waardoor wij opnieuw leren zeggen: Abba, Vader. Zo schrijft Paulus er over in Galaten 4.
Als de herders, met maar een heel klein stukje van de boodschap al zo enthousiast en vol vuur de wereld in trekken, hoeveel te meer zouden wij dan met haast op weg moeten gaan om als herders, andere schapen erbij het halen. Niet omdat het moet, maar omdat het Kind in de voerbak ons echt heeft geraakt. En omdat wij het iedereen gunnen opnieuw verbonden met de Vader te zijn. Dat is Kerst in zijn diepste intenties: Het Kind dat kwam om ons opnieuw tot kinderen van de Vader te laten worden. Wat een verhaal is dat en wat doe jij met die boodschap?
Gebed: Heer, soms spreken engelen, maar nog vaker spreekt U Zelf. Ik zal reageren op wat U mij laat zien.