"Toen hij Jezus zag, viel hij schreeuwend voor Hem neer en zei met luide stem: Wat heb ik met U te maken, Jezus, Zoon van God, de Allerhoogste? Ik bid U dat U mij niet pijnigt." (Lukas 8:28)
Het zijn niet alleen de engelen die beseffen hoe heilig God is. Het is ook niet alleen wat er gebeurt bij de inwijding van de tempel dat iedereen ziet hoe heilig God is, maar fysiek zichtbaar is ook in de Bijbel dat de demonen weten hoe heilig God is. Jakobus zegt het al in zijn brief dat de demonen ook in God geloven en zij sidderen. En dat zij sidderen heeft ook alles te maken met de vlekkeloze heiligheid van God. Heiligheid zit in veel dingen, maar bij de demonen weten ze dat Gods heiligheid ook en vooral in Zijn volmaaktheid zit. God is volkomen rechtvaardig in Zijn heiligheid. God en zonde kunnen nooit samengaan en dat weten de demonen.
Ze sidderen voor God omdat ze weten dat als God verschijnt, zij geen enkele mogelijkheid meer hebben om te bestaan. Demonen kunnen nooit vergeving krijgen zoals wij dat kunnen krijgen. Demonen, elke gevallen engel beseft dat hij zijn tijd kostbaar moet besteden, want zij zullen straks omkomen in de hel. Maar tegelijk beseffen de demonen wat er gebeurt als Gods heiligheid in hun buurt komt. Ze weten dat God hen heeft afgewezen als gevallen engelen en dat er geen hoop meer is. En dan wordt je bang als er een confrontatie met God komt.
Dat gebeurt ook in de geschiedenis van de man in de grafspelonken en die door een legioen aan demonen was bezet. In het hele verhaal blijkt dat de demonen wisten dat een confrontatie met Jezus op een drama zou uitlopen. Dat begint al op zee, waar de duistere machten er alles aan deden om het bootje om te laten komen. Jezus en de duisternis, die confrontatie is de confrontatie tussen de duisternis en de heiligheid van God. Als Jezus, zonder zonde, volkomen heilig verschijnt, kan een demon nog maar één ding: kermen en kreunen en beseffen dat Gods heiligheid de ondergang betekent.
Satan heeft zelf als aanbiddingsleider in de hemel voor de troon gefungeerd. Daardoor weet hij hoe heilig God is. En hij weet ook wat er gebeurt als je die heiligheid niet serieus neemt: dan word je de hemel uitgezet. Dat is wat hem is gebeurd en waardoor hij nu rondgaat als een briesende leeuw. Maar als het dan op een ontmoeting dreigt uit te lopen met Jezus, de Zoon van de heilige God, dan proberen de demonen er alles aan om er zo goed mogelijk vanaf te komen. Ze beginnen zelfs te smeken. Ze moeten zelfs een hoogmoedige trots loslaten op het moment dat Jezus aan wal stapt. Ze zijn doodsbang.
Betekent dit dat wij ook doodsbang moeten zijn voor Gods heiligheid? Dat lezen we nergens in de Bijbel. We lezen dat we God vanwege Zijn heiligheid moeten vrezen, maar dat is geen angst, maar diep ontzag. De demonen hadden geen verzoening en daardoor was de ontmoeting, zelfs met de Verzoener, al te verschrikkelijk voor hen. Gods heiligheid accepteert geen onverzoende wezens.
Gebed: Heer, de demonen, zondige wezens tot in eeuwigheid, laten mij zien hoe zij sidderen voor Uw heiligheid. Zo zuiver bent U en dat wil ik beseffen dat U zo zuiver bent, maar dat als ik verzoend ben door Jezus, ik in Uw ogen dezelfde zuiverheid heb.
