"Dan zal het Koninkrijk van de hemelen gelijk zijn aan tien meisjes, die hun lampen namen en op weg gingen, de bruidegom tegemoet." (Mattheüs 25:1)
Het moment komt dat Jezus terug gaat komen. En op dat moment vallen alle beslissingen definitief en is er geen andere keus meer mogelijk. Alles wat dan door Jezus beslist wordt is definitief. En daar hoeven we niet angstig over te doen, maar het is wel een feit. Ook Jezus was opmerkelijk duidelijk over dat moment. Jezus preekte nooit angst, maar als het over het einde van de tijden ging, was Jezus wel heel duidelijk. De gelijkenis van de wijze en dwaze meisjes maakt dit heel duidelijk. Het is alleen de vraag of wij echt begrijpen wat Jezus daarmee wil zeggen.
De gelijkenis begint met het woordje 'dan'. Dit woordje wijst terug op het voorgaande. Wij neigen er soms een beetje naar om met een nieuw hoofdstuk ook maar een nieuw thema te beginnen, maar Jezus doet dat hier niet. Hoofdstuk 25 is echt het vervolg op het vorige hoofdstuk. En daar ging het over het einde van de tijd en de ernstige oproep om altijd waakzaam te zijn. We moeten altijd er rekening mee houden dat Jezus plotseling kan komen.
Het mag straks niet zo zijn dat als de heer van het huis terugkomt dat de slaven niets aan het doen zouden zijn. Dat is de boodschap in de gelijkenis die voor de wijze en dwaze meisjes staat. Dat verhaal ervoor is nooit een gelijkenis genoemd, maar het is er wel eentje. Het gaat over een slaaf die handelend aangetroffen moet worden als de heer van het huis terugkomt. Een slaaf die er alles aan doet om het huis van zijn heer te onderhouden en die er alles aan doet om het werk van zijn heer door te laten gaan terwijl zijn heer ver weg is.
Die boodschap mag duidelijk zijn. Wij zijn aangesteld over het huis van onze Heer! En hoe staan we daarin? Dienen wij werkelijk op de manier zoals Jezus ons de opdracht heeft gegeven. Ik vind het opmerkelijk om christenen te zien die alleen bezig zijn met hun eigen zaak met God. Alsof het op aarde om onze persoonlijke relatie met God draait. Het draait om het Koninkrijk, waar wij onze relatie met God bij nodig hebben.
Dit is de ene kant waar het om moet gaan op het moment dat Jezus terugkomt. Zijn wij bezig met de zaak van Jezus? En dan begint Jezus aan de andere gelijkenis. Gaat het dan nog een keer over waakzaamheid? Is de kern van de gelijkenis van de wijze en dwaze meisjes dan dat we op scherp moeten staan en niet moeten slapen? Dan is de gelijkenis opmerkelijk, want dan betekent het zowel de wijze, als de dwaze meisjes het niet zouden redden. Gaat het dan om de olie? En hebben de dwaze meisjes niet genoeg olie? Is dat dan de Heilige Geest? En als dat dan zo is, kun je dan uiteindelijk buitenstaan, terwijl je wel de Heilige Geest hebt? Voel je aan dat je begint vast te lopen als je de lijn een op een gaat doortrekken? We moeten dus dieper zoeken, terwijl wij wel Jezus verwachten.
Gebed: Jezus, wat zal Uw komst bijzonder zijn. Maar wat U precies bedoelt te zeggen is nog niet altijd zo duidelijk. Ik wil waakzaam zijn, maar ook ontdekken welke diepe betekenis U hebt gelegd in deze gelijkenis.