"En allen rondom hen ondersteunden hen met zilveren voorwerpen, met goud, met bezittingen, met vee en met kostbaarheden, naast alles wat vrijwillig gegeven was." (Ezra 1:6)
Als God het huis niet bouwt, dan gaat alles mislukken, maar àls God het huis bouwt, dan zàl het ook lukken. Misschien is dit een krachtige uitspraak, waar we niet altijd alles van zien, maar dit is wel de werkelijkheid waar het om gaat. En het is wel heel bijzonder hoe God soms aan het huis bouwt, of nog anders gezegd: het is soms uiterst bijzonder om te zien op welke manier God Zijn Koninkrijk bouwt. Dat begint al in onszelf, maar dat is het zeker ook als we het breder zien.
Gisteren zagen we al dat koning Kores het op zijn hart kreeg om de Joden weer terug te laten keren naar Israël om daar voor de God van hemel en aarde een huis te bouwen. Of Kores nu precies begreep hoe het zat weten we niet, misschien heeft hij God gewoon gezien als één van de vele goden, maar in ieder geval is het zijn overtuiging dat de God van de hemel ervoor heeft gezorgd dat hij alle koninkrijken van de aarde heeft gekregen. En dat is wel een erkenning van God, ongeacht wat hij met alle andere goden deed.
Misschien is het zelfs voor ons wel iets waar we van mogen leren, omdat alles wat wij hebben, geen verdienste van onszelf zijn, maar dat God het gaf en ons zegende. Maar Gods zorg gaat dan gelijk ook voor Israël nog veel verder. Je moet er eens over nadenken dat die arme Joden terug mochten naar hun land, maar wel met de opdracht om daar de tempel te herbouwen. Hoe zouden ze dat moeten doen? Heb je er wel eens over nagedacht op welke manier de tempel was voorzien van allerlei rijkdom ter ere van God? Overal was goud en overal was pracht en praal. Hoe ga je dat ooit herbouwen? Als je het laatste hoofdstuk uit Kronieken leest, kom je er achter dat werkelijk alles gesloopt was.
En wat doet God dan? Hij zorgt ervoor dat Kores de opdracht geeft dat iedereen die teruggaat om Gods huis te bouwen, uit zijn omgeving goud en zilveren voorwerpen mogen meenemen en ook vee en andere kostbaarheden. God voorziet de Israëlieten in alles wat ze uiteindelijk nodig hebben om Hem een huis te bieden.
Maar is dat ook niet precies hoe het ook geestelijk werkt? Denk jij dat je zelf de spullen mee moet nemen om de tempel van jouw leven aanzien te geven? Alles wat God vraag van je, dat geeft Hij je ook Zelf. Dit is zo heerlijk om hier geestelijk in te ontspannen. Als God je vraagt om beschikbaar te zijn om Zijn Woord te preken, dan zal Hij je toerusten, als jouw tempel bedoeld is om heel veel mensen op te vangen uit liefde, dan zal God je voorzien van barmhartigheid. Weet je hoe bijzonder het is dat je zo mag ontspannen in de roeping die God voor je heeft. Ja, de woonplaats van God moet vol glorie en heerlijkheid zijn, maar tegelijk zal God je in alles voorzien.
Gebed: HEER, wat een ontspanning geeft U mij in de roeping waarmee U mij roept. Ik hoef niets mee te brengen, U voorziet mij in alles en ik mag het gebruiken om aan mijn roeping te voldoen. U geeft mij ontspanning!