"U noemt Mij Meester en Heere, en u zegt het terecht, want Ik ben het. (Johannes 13:13)
Het zal je maar gebeuren dat je baas even bij je langskomt om je vuilnisbak onder je bureau te legen. Zeker als je een werknemer bent in een groot bedrijf, waar de directeur je eigenlijk niet eens kent. En ik denk dat dit voorbeeld het niet haalt bij dat wat Jezus doet in deze geschiedenis. Er is heel veel dat de discipelen heeft verbaasd van wat Jezus deed en soms waren ze het niet helemaal met Hem eens. Jezus mocht bijvoorbeeld niet alleen gaan lijden en sterven. Maar dit, wat Jezus hier doet dat is onbestaanbaar.
Jezus weet dat Zijn einde nabij is en nog één keer wil Hij het Pascha vieren met Zijn discipelen. Het Pascha is meer dan een brokje brood en een slokje wijn. Het is een hele maaltijd die lang duurt. En ondertussen was de eetzaal in gereedheid gebracht en lag Jezus met Zijn discipelen aan tafel. Maar er klopt iets niet. Er was iets niet gebeurd. Elk van de aanliggende gasten had vuile voeten. En vuil was ook echt vuil, de wegen waren stoffig en men droeg niets anders dan open sandalen.
Niemand van de discipelen was bereid geweest om elkaar de voeten te wassen. Normaal was dit de taak van een slaaf en of er nu verder niemand bij deze maaltijd was die dit kon doen, daar lijkt het wel op. Maar ieder voor zichzelf wilde niet de minste zijn. Niemand wilde dit slavenwerk doen. Dit moest een ander maar doen. En omdat die ander er niet was, gebeurde er niets.
Tot het moment dat Jezus opstaat. Hij spreekt geen woord, pakt een doek, legde Zijn kleren af en deed water in de waskom en begon het slavenwerk te doen. "Jezus, wat doet U nu?" Dit kan toch niet gebeuren. Kijk, niemand wilde de minste zijn, maar Jezus hoorde dat als rabbi zeker niet te zijn. En juist Jezus begint de voeten te wassen. Vooral Petrus is in alle staten. En nu gaat het even niet over het gesprek tussen Petrus en Jezus, maar het gaat nu alleen over het feit dat Jezus deze onderste rol neemt. Het gaat hier dus niet over het feit dat Jezus de onderste weg wilde gaan en alles maar toeliet, maar Jezus kiest hier Zijn plaats: Hij is gekomen om te dienen! Dat is de onderste weg gaan: De ander dienen, tot slavenwerk toe. En tegelijk laat Jezus precies zien waar het om gaat: Het gaat namelijk in het Koninkrijk van God niet om heersen, maar om dienen.
Opmerkelijk dat dit de structuur is van het Koninkrijk. Want de waarheid van het Koninkrijk is niet tegen te spreken, maar Jezus brengt het door te dienen, Jezus brengt het door Zichzelf te vernederen als een slaaf. Jezus is Meester en Heer? Jazeker! Maar in Gods Koninkrijk heb je die hoogste plaats door te dienen als een slaaf. Je bent bereid tot slavenwerk om die ander te winnen. Het betekent dus niet dat je maar water bij de wijn doet, maar het betekent wel dat je dienend als een slaaf, het Koninkrijk laat overwinnen, zoals Jezus deed.
Gebed: Jezus, dat U Zichzelf vernederde als een slaaf, daar kan ik eigenlijk niet zo goed mee overweg. U kwam om mij te dienen, om zo, al dienend Uw Koninkrijk te vestigen. Leer mij U ook hierin volgen.