"Zie de draagstoel voor Salomo. Daaromheen zestig helden, uit de helden van Israël." (Hooglied 3:7-11)
Ze komt uit de woestijn, die zwarte vrouw. Zoals de kerk straks vanaf de aarde het Hemels Jeruzalem mag binnentrekken. De engelen zullen stil worden van verwondering. En met blijdschap zal straks de bruid van Christus aankomen in het Hemelse Jezuzalem. En nu, nu roept de bruid het uit. Het was even die Adventsverwachting in de poort van Jeruzalem waar de aandacht op viel. Alsof de engelen al even hun adem inhielden. Maar nu richt de bruid de aandacht weer op haar Bruidegom.
Blijkbaar is ineens haar Liefste in beeld gekomen. Sommigen denken dat ook hier de dochters van Jeruzalem nog spreken en dat dit een aanvulling is op hun verwondering over de bruid. Maar dan komen we in vers 11 behoorlijk in de problemen. Want daar worden deze dochters van Jeruzalem juist aangesproken om naar buiten te gaan om de Koning te zien. Het is aannemelijker dat vanuit de woestijn de bruid haar Liefste plotseling in het oog kreeg. Haar Liefste die op een draagstoel zit. Het is duidelijk dat het in Hooglied hier om Salomo gaat. En om hem heen zijn zestig helden. En ook de draagkoets waar Hij in zit straalt van enorme waardigheid.
Haar Liefste is naar haar op weg zodat het huwelijk voltrokken kan worden. En hoe is Hij onderweg? Omringt met zestig helden. Van koning David is bekend dat er om Hem heen dertig helden waren. Het laat zien dat koning Salomo veel groter in aanzien was. En deze helden laten ook iets zien van de overwinnende kracht. En tegelijk, wat is deze Salomo een beeld van Jezus.
Het gaat hier ook om het verhaal van Salomo en zijn zwarte bruid, maar ook om Jezus en Zijn bruid. En waar de engelen gisteren de bruid zagen, laat de bruid ons nu haar Bruidegom zien. En Koning met eer en heerlijkheid gekroond. En het lijkt alsof Hij Jeruzalem uitkomt. En ook hier zit een intense Adventsverwachting in. Want Wie komt er straks? Wie verwachten wij, met eer en heerlijkheid gekroond? Onze Bruidegom is er niet zomaar één, maar het is de Koning van de koningen, de Heer van de heren. Om Hem heen toont alles Zijn overwinnende macht en heerlijkheid.
Jezus is niet zomaar een bruidegom, maar Hij is meer dan elke ander. Hij overstijgt alles en Hij komt straks in deze wereld als Koning en als Overwinnaar. Zo zal Hij Zijn bruid komen halen. Midden uit het strijdgewoel van deze aarde. En tegelijk elke vorm van opstand zal Hij neerslaan om Zijn bruid binnen te halen.
En kijk, kijk, laat ook de engelen kijken, want Jezus is al opgestaan en Hij is al onderweg. De tekenen van de tijd onderstrepen dat. Zijn voetstappen zijn hoorbaar in onze tijd. Kijk, Hij komt er al aan, wij verwachten de Heeren ik zie uit naar die dag! En Hij, mijn Liefste, is Koning van alle koningen, en hoewel is zwartachtig ben, ben ik toch Zijn liefste. Zijn luister en heerlijkheid overweldigt mij in heerlijkheid. Hoe zal ik Hem ontvangen? Als mijn grootste verlangen in leven en sterven!
Gebed: Mijn Liefste, U bent niet zomaar een man, U bent de allerhoogste Koning die heeft omgezien naar een bruid als ik, zonder glorie en Koninklijke waardigheid, maar ik mag in Uw Koningschap delen, voor eeuwig.