Als je een bijzondere psalm wilt lezen, neem dan eens tijd om Psalm 34 te lezen. Een psalm met enorme tegenstellingen, maar ook een psalm die heel eerlijk is over het leven van een gelovige. De hele psalm laat zien dat de rechtvaardige een ellendig mens is. Niet ellendig in wat hij doet, maar om wat hem overkwam. Er zijn mensen die het woord ‘ellendige’ uit psalm 34 toepassen op wie wij zijn door onze zonden. Dan zou je dus een ellendige zondaar zijn, maar dat is iets wat er echt niet staat. Het gaat in psalm 34 over de rechtvaardige. Dat is in het Oude Testament een woord dat gebruikt wordt voor een oprecht gelovige.

De woorden “de ellendige” uit vers 7 hebben alles te maken met hetzelfde woord uit vers 20: “De rechtvaardige heeft veel ellende”. Hij is dus geen ellende en doet geen ellendige dingen, maar hem overkomen ellendige dingen. Daar gaat het eigenlijk in de hele psalm over. De gelovige overkomt dus heel veel lijden. Lijden omdat hij in een gebroken wereld leeft, maar ook lijden om zijn geloof. En hier bij David is hij op de vlucht, gaat naar Abimelech (dat is dezelfde als Achis) en is dan bang dat deze hem iets zal aandoen en dan gedraagt David zich als iemand die waanzinnig is.

David overkomt allemaal ellende. En waarom? Alleen maar omdat Saul bang is dat David, als de gezalfde van de Heer, hem zal overtreffen en hem uiteindelijk van de troon zal stoten. David is in de eerste plaats de voorloper van Jezus. Maar in Jezus is ook de gelovige zichtbaar, waar de tegenstander altijd op uit is om hem het leven zuur te maken. Goed om die lijn in het Oude Testament al op te pakken.

En ja, iedereen overkomt lijden, maar het lijden van een kind van God is ook nog een ander lijden. Een lijden omdat je als rechtvaardige door de vijand gezien wordt als een gevaar en dus zal de vijand er alles aan doen om je geloof onder druk te zetten. Of alleen geestelijk of zelfs door vervolging. En die ellende hebben alleen wij als gelovigen. Hoe dan ook, er is ook een andere kant aan dit lijden en ook aan het totaal van het lijden. Want hoe zeer het lijden waar is, is ook dit waar: Wij worden uit dat alles gered door de Heer!

En ja, lijden kan zwaar zijn en het is nodig om lijden ook te erkennen dat het er is, maar het heeft niet het laatste woord. Het dubbele in Psalm 34 is dat er telkens Gods goedheid en redding tegenover staat. De Heer is goed, altijd. Hem loven wij, zelfs als we nog niets hebben ontvangen, maar waarvan we weten dat de redding absoluut zeker is. Dan toch maar het lijden meemaken, met het geloof dat er voor ons ook eeuwige redding van dat lijden zal zijn.

Gebed: Heer, dank U dat ik naast overwinnaar ook mag weten dat het lijden nooit het laatste woord heeft. U redt mij, dat is zeker.