Is het ooit goed genoeg hoe wij elkaar liefhebben en hoe we onze naaste liefhebben? Ik denk dat het eerlijke antwoord op die vraag is: “Nee”! Sorry, ik kan het niet mooier maken. De zelfopofferende liefde van Jezus, als dat de norm van naastenliefde is, dan is het nooit goed genoeg. Betekent dit dat we dan altijd falen? Dat weet ik niet goed. Ik zou het anders willen benoemen: Liefhebben is een proces waarin we groeien en steeds meer tot volmaaktheid moeten toegroeien.

Je merkt dat ook bij Paulus in de brief aan de gemeente in Thessalonica. Het laatste gedeelte van het derde hoofdstuk van zijn eerste brief sluit hij af met een gebed voor de gemeente. Het is zijn gebed dat de Heer hen zal laten toenemen en overvloedig maken van de liefde tot elkaar en tot allen. Daarin blijkt dat dit toenemen in liefde iets is dat ook bij God Zelf vandaan komt. Het is immers het gebed van Paulus of de Heer het wil doen. Dat is niet om passief te worden, maar het is wel bevrijdend en ontspannend. Anders moeten we elkaar telkens aansporen om in onze kracht lief te hebben. En wat nu als je echt niet verder komt? Niet omdat je faalt, maar omdat je als mens niet tot meer liefde kunt komen. Dat kan zijn door je eigen pijn, maar ook omdat het gewoon echt niet lukt.

Dan is het Paulus die ons er ook om leert bidden. Wat een rust is dat, niet om God verantwoordelijk te maken voor onze tekorten, maar wel om ook te kunnen erkennen dat wij aan onze grens zitten. Voor het geval dat je nu denkt: “Dat is mooi, dan laat ik het voor wat het is, ik zal er soms even voor bidden en dan is dit wat het is”, moet je nog wel even verder lezen in deze brief van Paulus.

Hij schrijft in het volgende hoofdstuk dat hij over de broederliefde niets meer hoeft te zeggen omdat God hen Zelf heeft onderwezen en ze doen het ook, die broederliefde. En toch zegt hij er in het vierde hoofdstuk vers 10 bij dat ze het nog meer moeten doen. Het is nog steeds niet volmaakt. En misschien mag je ook wel zeggen dat als Paulus tien jaar later nog een brief zou schrijven, dat hij nog steeds zou schrijven dat het meer moet worden. Je kunt pas echt liefhebben als je in de hemel bent, dan is het pas volmaakt. En tot die tijd mag je niet passief zijn in het liefhebben en toenemen in liefde, maar actief doorgroeien tot het volmaakte. Niet met een gevoel dat je faalt, maar in het vertrouwen dat God je steeds verder laat toenemen in liefde en dat jij meer liefde laat zien. En dat in evenwicht. God Die het doet en jij die het doet. Tot we straks Thuis, volmaakt elkaar zullen liefhebben zoals het bedoeld is.

Gebed: Heer, laat mij toenemen in liefde voor iedereen, maar bescherm mij voor krampachtigheid in mijn kracht.