Diep van binnen zit in ons iets dat het altijd zelf wil doen. Eigenlijk is genade natuurlijk ook behoorlijk lastig. Genade is niets anders dan een beloning krijgen, terwijl je het niet verdient, maar dat is lastig, want genade lijkt iets dat onberekenbaar is. Je kunt het krijgen, maar net zo goed ook niet en hoe makkelijk val je dan weer terug in je best doen om iets te verdienen? En laten we dan gelijk die leugen maar even opruimen dat genade iets is dat onberekenbaar is. Dat is het misschien wel bij een aardse koning, maar Gods genade is berekenbaar. Het is namelijk al verdiend door Jezus en ontvang je gegarandeerd als je in Jezus gelooft. Als je er zo naar kijkt, is elk verdienmodel van ons de grootste onzin die er is.

En natuurlijk, dit wist je allemaal al lang. Maar of je nu altijd, op dit gebied, nog steeds de A1 van het geloof volgt, durf ik te betwijfelen. Er zit gewoon een neiging in ons allemaal om iets te willen doen en verdienen. Paulus loopt daar tegenaan in de gemeente van Galatië. Ze waren zo goed begonnen. Ze waren met Jezus begonnen, net als in Korinthe. Daar in Korinthe liep het uit op verdeeldheid, maar in Galaten verlaten ze ook de juiste weg. Of gezegd in het beeld van deze drieslag: De hectometerpaaltjes zijn veranderd en er staat een ander wegnummer op.

In Galatië willen ze weer door de wet rechtvaardig worden. Misschien reageer je nu snel en zeg je: “Natuurlijk niet, je kunt niet door de wet rechtvaardig worden voor God”. Denk je dat ze in de gemeente in Galatië ook niet beter wisten? De kans is groot dat ze daar ook met hun mond nog steeds zeiden dat het allemaal genade is, maar hun levenshouding leek daar helemaal niet op. Sterker nog, ze gingen weer heel veel regels naleven die helemaal niet nodig waren. Ze gingen uiteindelijk zover dat ze weer overgingen tot de besnijdenis. Dat is slechts een uitingsvorm van een wettische levenswandel.

En dit thema is veel lastiger dan we vaak willen toegeven. Het zit toch niet vast op regels? Of toch wel? Alleen al de verhouding tussen geloof en de werken die daaruit voort moeten komen, is dat al niet ingewikkeld genoeg? Weet je wat de Farizeeën hadden gedaan om te voorkomen dat Gods geboden geschonden zouden worden? Ze hadden er allemaal wetjes omheen gemaakt, zodat het grote gebod van God niet overtreden zou worden.

Hoe snel kun je dus wettisch zijn? Hoe snel is ineens het houden van de wet weer belangrijker dan genade. En ja, Gods wet is er niet voor niets, alleen zodra je die gebruikt om iets recht te zetten dat fout is gegaan, dan zit je al op de verkeerde weg. Daar hoort een uitspraak bij: “Ik zal het nooit meer doen, Heer”. En ja, dat is een goed besluit, maar niet als je dat neemt met de bedoeling om God weer aan je kant te krijgen. Dan ben je los van Christus, zegt Paulus. “Ik zal het nooit meer doen, Heer”, mag je alleen zeggen als je dankbaar bent voor Zijn genade die je ontvangt terwijl het fout ging. Eerst genade en daarna het leven uit die genade. Als het niet die volgorde is, dan gebruik je de wet om rechtvaardig te worden, terwijl die wet je juist veroordeelt. Door goed te doen red je het nooit. Het is genade door Jezus alleen. De A1 van het geloof.

Gebed: Heer, het is zo verleidelijk om er zelf alles aan te doen om U aan mijn kant te krijgen, maar ik wil geloven dat U Zelf aan mijn kant komt staan, omdat U genade wilt geven.