Als je dit heel letterlijk neemt, zou dat ook een passiviteit tot gevolg kunnen hebben, waar je dan direct weer tegenin zou kunnen brengen dat onze verantwoordelijkheid die we moeten nemen, ook ingepland was in Gods grote plan. Dat betekent dat wij geen vrije wil hebben en niet kunnen kiezen. Het is hooguit nog een schijnkeus die we hebben als God het toch al bepaald had. En, als dit dan zou is, dan zou dat ook betekenen dat God het kwaad heeft gepland. Dat kan niet anders, als je stelt dat alles al is vastgelegd door God. Dat kan natuurlijk ook niet, want God kan niet samenwerken met het kwaad. Zodra er dus kwaad is, gaat dit in tegen Gods bedoeling en tegen Gods plan.

Dat betekent eigenlijk dat wij mensen, die gevallen mensen zijn in het kwaad, met onze verkeerde keuzes het kwaad doen, dat God niet heeft gepland. Er is iets in ons, dat onmogelijk door God bedoeld kan zijn. God kan het hooguit hebben geweten dat wij het zouden doen. Niet alles lijkt dus van te voren door God helemaal uitgedacht te zijn. Ongetwijfeld is dit ook een vraag waar wij nooit helemaal uit gaan komen. God is ondoorgrondelijk en daarom voor ons mensen niet te begrijpen. God is zelfs zo niet te begrijpen dat in de plannen die Hij wel heeft vastgelegd er nog vanaf kan stappen.

Je kunt dus ook niet zeggen dat Gods wil altijd gebeurt. Dat is een stevige uitspraak, dat besef ik. Paulus schrijft aan Timotheüs dat het Gods wil is dat alle mensen zalig worden? Als dat zo is, dan zou dat betekenen dat degenen die niet geloven in Jezus, toch zalig zouden worden. Als dat zo is, dan betekent dit dat God niet rechtvaardig is en geen oordeel heeft over alle zonden. Je voelt ondertussen wel aan dat dit allemaal nog helemaal niet zo eenvoudig is.

Toch zijn er wel degelijk onwrikbare besluiten van God die onmogelijk veranderd kunnen worden. Dat begon met het besluit dat God de Messias beloofde, direct na de zondeval. Dat besluit van God stond muurvast. Niets en niemand kon Gods raadbesluit met betrekking tot onze redding veranderen. Satan heeft er alles aan gedaan. Israël als Gods volk heeft er meer dan genoeg aan gedaan om God te laten stoppen met Zijn plan. Het is allemaal niet gebeurd. Gods plan van redding stond vast. Onwrikbaar. Als er nog iets onwrikbaar vaststaat is het de daadwerkelijke redding van mensen. Eenmaal gered, is het onmogelijk om onze redding nog te verspelen. Wat God is begonnen laat Hij niet meer los. Hier wordt door sommigen aan getwijfeld op grond van een tekst uit Hebreeën 6 over degenen die ooit verlicht zijn geweest en die toch afvallen dat die niet voor een tweede keer gered worden, maar die tekst lijkt niet te gaan over degenen die gered zijn, maar over degenen die er heel dichtbij zijn geweest en de kracht van God hebben ervaren, maar uiteindelijk er niet in zijn gaan geloven.

Stap voor stap zullen we de komende overdenkingen deze vraag steeds verder helder proberen te krijgen. Laat voor nu dit maar even bezinken en laat maar toe dat je er in je denken niet uit kunt komen, omdat dit ver boven ons denken uit gaat, maar waardoor er ook straks ruimte is om te beseffen dat wij invloed krijgen van God in Zijn plan.

Gebed: Heer, U bent ondoorgrondelijk en daar wil ik U voor eren en aanbidden.