Thema: Op weg naar Golgotha

“En Hij zei tegen hen: Mijn drinkbeker zult u wel drinken, en met de doop waarmee Ik gedoopt word, zult u gedoopt worden; maar het zitten aan Mijn rechter- en aan Mijn linkerhand is niet aan Mij om te geven, maar het zal gegeven worden aan hen voor wie het bestemd is door Mijn Vader.” (Mattheüs 20:23)

Als we het dan toch over uitspraken van Jezus hebben die wat opmerkelijk lijken te zijn, dan spreekt Hij er ook eentje uit tegen de zonen van Zebedeüs. De vraag waar het allemaal mee begint is de vraag waar ze hun moeder voor naar Jezus hebben gestuurd. Het is wel duidelijk dat deze twee discipelen heel graag aan de linker- en rechterhand van Jezus willen zitten in de hemel. En om dat voor elkaar te krijgen, sturen ze hun moeder naar Jezus toe. Alleen heeft Jezus dat door en het is ook wel verstandig om goed te weten wat je aan Jezus vraagt.

Deze twee discipelen hadden wel even iets over het hoofd gezien. Jezus zal straks wel in de hemel de troon krijgen, maar om die troon te krijgen is de prijs wel erg hoog. Met andere woorden als je een bijna gelijkwaardige plaats dan Jezus wilt hebben in de hemel, reken dan ook dat de prijs daarvan hoog is. En eigenlijk gebruikt Jezus deze vraag om gelijk een ander onderwerp te bespreken. Hij begint met een wedervraag. De vraag of zij de drinkbeker kunnen drinken die Hij zal drinken en of zij met de doop gedoopt kunnen worden waarmee Hij gedoopt wordt. En hun antwoord is duidelijk: “Ja dat kunnen wij”.

Die drinkbeker is een symbolisch begrip dat heel gangbaar was in die tijd. Het wijst op het oordeel dat God geeft. Wij denken al snel dat dit voor het eerst in beeld kwam toen Jezus in Gethsemané hierover bad, maar het begrip van de drinkbeker is een begrip dat in die tijd een normale manier van spreken was. De tweede opmerking van Jezus over de doop waarmee Hij gedoopt zal worden, ligt in het verlengde hiervan, maar is dan wel meer gericht op het lijden dat hen zal overkomen in de zin van de vuurdoop krijgen. Het gaat dus om twee soorten van lijden. Vanwege Gods oordeel en vanwege wat mensen Hem zullen aandoen. Overigens is het maar de vraag of dat beeld van de doop echt in het Mattheüsevangelie thuishoort en of dit niet een latere toevoeging is. Bij Markus staat dit wel in alle handschriften, maar bij Mattheüs niet.

Het is wel duidelijk dat Jezus in de eerste plaats spreekt over Zijn Eigen lijden en sterven, maar tegelijk is het ook duidelijk dat het daar niet alleen over gaat. Want ondanks dat die twee discipelen echt niet weten waar ze over praten en ondanks dat Jezus vraagt of ze denken dat ze dat lijden en dat oordeel kunnen dragen, maakt Jezus duidelijk dat hen dit wel zal overkomen.

En weet je, dit is dus ook de realiteit. Ja, Jezus is Overwinnaar en Jezus heeft alles volbracht, Jezus heeft de vijand overwonnen, maar wij leven nog steeds wel in het gebroken heden. En hoewel sommigen graag willen geloven dat het een gelovige altijd voor de wind zal gaan, Jezus maakt heel duidelijk dat het lijden omwille van Hem een feit zal zijn. Het oordeel van God over de wereld zal ook niet aan ons voorbij gaan. Dus in zekere zin zullen we de voetstappen van Jezus hierin volgen. En of dat dan straks de ongeveer op een na hoogste plaats zal opleveren? Dat weet zelfs Jezus niet en daar moet het niet om gaan. We zijn geroepen om te dienen en een ander voor te laten gaan. Dat principe, daar moeten we ons druk over maken. Net zoals Jezus, Die de minste wilde zijn om jou en mij te dienen.

Gebed: Heer, ergens belooft het niet veel goeds, die drinkbeker en die doop en tegelijk dank ik U dat ik niet meer hoef te zijn dan U en ook zal delen in Uw lijden.

Tags: