Thema: Filippenzen

“opdat u kunt onderscheiden wat wezenlijk is, opdat u oprecht bent en zonder aanstoot te geven tot de dag van Christus.” (Filippezen 1:10)

Eigenlijk heb ik een grote weerstand tegen nieuwjaarswensen. Tenminste, van die ‘gelukkig nieuwjaar uitspraken’. Je kunt je in de eerste plaats al afvragen wanneer je jaar gelukkig is. Misschien is je jaar pas echt gelukkig als dat naar menselijke maatstaven ongelukkig is. Hetzelfde heb ik eigenlijk ook met verjaardagen. Iemand feliciteren met iets dat hij niet eens zelf tot stand heeft gebracht. Wat ik steeds meer ben gaan doen en wat ik vooral leerde toen ik profetie leerde ontdekken is om over iemand een profetisch gebed uit te spreken. Iets tussen een zegen en woorden van God die je op dat moment op je hart hebt en dat delen met die persoon. Als je verder leest in de brief van Paulus aan de gemeente in Filippi, dan doet Paulus dat eigenlijk ook.

Na de dankzegging in de brief volgt iets dat op een zegenwens lijkt. Hij begint met het vertrouwen uit te spreken in God dat Hij Die getrouw is ook zal vasthouden wat Hij is begonnen en hij spreekt ook zijn verlangen uit om de gemeente weer te ontmoeten. De woorden die dan volgen zijn bijzonder en hebben het karakter van zo’n profetisch gebed. Hij bid hen toe dat hun liefde nog steeds overvloediger wordt. Dat klinkt als een redelijk normale gebedswens, maar daar laat hij het dan niet bij. Die liefde moet toenemen in kennis, maar ook in fijngevoeligheid! Hoe meer liefde, hoe meer fijngevoeligheid. Dat is nodig, en dat bidt hij er dan nog bij, om te kunnen onderscheiden wat wezenlijk is. Meer liefde zorgt dus dat je beter gaat aanvoelen wat er nu echt toe doet.

Even eerlijk, en doe maar even een test, hoeveel dingen zijn er als je gewoon even goed nadenkt en aanvoelt, zijn er op een dag die je doet die er eigenlijk niet toe doen. En dan nog niet eens in je vrije tijd, maar als je dit koppelt aan fijngevoeligheid. Want fijngevoeligheid heeft eigenlijk altijd betrekking op hoe je omgaat met gevoelens van anderen en hoe je daar op reageert. Er zijn op een dag vaak momenten waarvan je maar al te vaak achteraf moet zeggen dat als je meer uit liefde had gereageerd dat je fijngevoeliger was geweest en dat je dan het wezenlijke en dat wat er minder toe doet, beter had kunnen scheiden.

Die dingen die niet wezenlijk zijn, zou je dus eigenlijk ook gewoon eerder los moeten laten en je er minder druk over moeten maken. Maar ik merk zelf dat als je te snel uit emotie ergens op reageert dat je je toch wel makkelijk druk kunt maken over de dingen die er niet echt toe doen. Laat het los, zo belangrijk zijn die dingen helemaal niet. Soms krijg je een mail van iemand over iets waarvan je denkt: ‘waar kan iemand zich druk over maken’ en misschien moet je dan ook die fijngevoeligheid wel hebben om het even te laten voor wat het is.

Soms heb je gewoon ook even een nachtje slaap nodig om de andere ochtend in te zien dat het helemaal niet zo wezenlijk was dan dat je de dag ervoor dacht. Emotie en vanuit emotie reageren is heel vaak niet uit liefde, maar veel meer uit eigenliefde. Je voelt je gekwetst of geraakt en vanuit die emotie reageer je en het is helemaal niet zo wezenlijk waar je je dan druk over gaat maken. Laat jouw hart raken door wat Gods hart raakt. Als je dat doet, word je vanzelf vervuld met vruchten van gerechtigheid en wordt de heerlijkheid van God zichtbaar in wat je doet.

Hoe dat in Filippi precies was weten we niet, maar Paulus bidt erom dat dit meer en meer zal toenemen. Hij zegt niet dat het te weinig is, maar hoe is dat bij ons, wat zie jij als je in je eigen spiegel kijkt? Liefde die kennis en fijngevoeligheid oplevert? Of reageren vanuit pijn, teleurstelling of iets dat daarop lijkt?

Gebed: Heer, ik bid U, geef mij meer liefde, zodat ik meer kennis en fijngevoeligheid zal krijgen om mij alleen nog echt druk te maken over wezenlijke zaken.

Tags: