“Ik zeg tegen de HEERE: Mijn toevlucht en mijn burcht, mijn God, op Wie ik vertrouw!” (Psalm 91:2)

Het jaar zit er bijna weer op. Een jaar zoals we nog nooit eerder hebben meegemaakt. Nu is dat altijd zo, maar voor dit jaar gold dat wel in het bijzonder. Een jaar ook dat we vooraf nooit hadden kunnen bedenken. Een jaar ook dat voor heel veel vragen heeft gezorgd. Vragen waarop lang niet altijd een antwoord te geven valt. Maar ook geestelijk heeft dit jaar veel vragen opgeroepen. Vragen die niet zomaar een antwoord hebben. En als je sommige Bijbelgedeelten leest met het jaar 2020 in je achterhoofd, dan roept dat misschien nog wel meer vragen op. Nu weet ik niet op welke manier jij als kind leerde om Oud en Nieuw te vieren, maar velen leerden dat met Psalm 91.

Vroeger was het normaal dat je als gezin het jaar afsloot. In veel christelijke gezinnen gebeurde dit dan door Psalm 91 te lezen en daarna te bidden. Ik kan mij die momenten nog heel goed herinneren als kind. Altijd werd Psalm 91 gelezen. Ik moet je eerlijk zeggen dat ik nog steeds het jaar afsluit met een Bijbelgedeelte en gebed, alleen kies ik niet voor elk jaar dezelfde Psalm. Het is altijd goed om met God een jaar af te sluiten en weer in te gaan. Als je nu als kind gewend was om dat met Psalm 91 te doen, dan zul je misschien wel iets herkennen van het gevoel dat bij mij is achtergebleven bij deze Psalm. Voor mijn gevoel klopt deze Psalm namelijk helemaal niet. En eerlijk gezegd, na dit jaar helemaal niet.

Het is een Psalm die gaat over Gods bescherming. Natuurlijk, dat geloven we. Als je schuilt bij God dan ben je veilig, wat er ook gebeurt. Alleen is dat nu juist niet wat er staat. Eigenlijk staat er dat als God je schuilplaats is dat er dan niets gebeurt. En dat roept vragen op. Want wat betekent het dan als er wel dingen zijn die je overkomen? Was je dan toch niet in de schuilplaats van God? Eigenlijk is Psalm 91 een hele lastige psalm.

De Psalm begint al vrij aan het begin met woorden als dat je gered zult worden van de strik van de vogelvanger. Nu is dat beeldspraak en heeft dit alles te maken met dat wat er op uit is om je gevangen te nemen. Dat is geestelijk ook nog wel te volgen, maar dan komt die lastige zin dat de pest je niet zal treffen of dat je gered zult worden van de pest. Je hoeft er zelfs niet bang voor te zijn. Zelfs niet als er aan je ene kant er duizend vallen en aan je andere hand tienduizend, het zal jou niet raken.

Misschien hebben dit soort teksten er wel voor gezorgd dat sommigen christenen dit jaar hebben geroepen: “Als je genoeg geloof hebt, zal corona je niet treffen”, maar ondertussen zijn er ook veel gelovigen getroffen door corona en zelfs overleden. Ook echt diep gelovige mensen met een ongelofelijk geloofsvertrouwen. Ergens voel je dat het wringt, hoe kun je nu met deze woorden terugkijken en vooruitkijken? En klopt deze Psalm wel met de rest van de Bijbel waar we ook andere dingen lezen?

Ja, de Psalm is eenzijdig! Als je hem letterlijk neemt en helemaal los leest loop je vast. Want ziekten en gevaar kunnen je wel treffen, ook als je in de schuilplaats bent bij God. Het is daarom ook altijd heel gevaarlijk om stellige uitspraken te doen als: “Dat zal je niet gebeuren”. God kan die specifieke beloften geven, zoals Hij ook bij Paulus deed terwijl hij schipbreuk leed. Maar dat is heel specifiek. In die zin kan de Psalm voor de dichter persoonlijk helemaal kloppen, maar je kunt daarmee niet zeggen dat gelovigen niet ziek worden.

Wat je wel mag en zelfs moet zeggen is dat God de enige plaats is waar je veilig bent. Misschien niet altijd voor de letterlijke tijd, maar wel voor eeuwig. Ons leven kan door de diepten heengaan, maar God staat met Zijn bescherming er altijd boven. Zelfs als ons lichaam stopt of getroffen wordt door een ziekte, stopt Gods bescherming niet. Zelfs Zijn engelen blijven gewoon aan het werkt. Hetzij dat ze je beschermen of hetzij dat ze je ziel optillen en in de hemel brengen. God is absoluut de veilige plaats. Zelfs als corona nog steeds rond blijft gaan. De vraag is niet of onheil ons niet treft, maar de vraag is of je God vertrouwt, dwars door alles heen. Dwars door ellende, tegenslag en zelfs dood hen is God het enige rustpunt. En dan kun je Psalm 88 waarin helemaal geen hoop is en Psalm 91 waar we in het andere uiterste zitten toch naast elkaar blijven bestaan. Met deze geloofsbelijdenis: God is mijn schuilplaats en mijn burcht.

Gebed: Heer, U bent mijn Schuilplaats en ik vertrouw U, altijd en overal.

Tags: