Wij zitten al jaren met onze stacaravan op een camping en vroeger was het op deze camping anders als nu. Als je er nu komt ligt er een keurig betonpad over de camping en zelfs bij een natte zomer blijft de camping goed begaanbaar. Vroeger was dat nogal anders. De camping bestond eigenlijk uit een grote grasvlakte, met allemaal campingplaatsen die door heggetjes, struiken en bomen waren afgebakend. En een pad, dat was er wel, maar eigenlijk ook weer niet. 

Er liep een pad over de camping, precies zoals het nu ook is, alleen reed je met de auto gewoon over het gras. En er was een jaar dat het zoveel had geregend dat de camping meer op een kanobaan leek, dan op een camping. Het pad waar de auto over rondreden over de camping waren hele diepe geulen geworden die ook nog eens vol met water stonden door de vele regen. En als je niets zou doen, dan alleen gasgeven, dan zou je gewoon vanzelf rondrijden. De sporen waren zo diep dat de auto het spoor gewoon bleef volgen. Maar moest je op een gegeven moment uit die geul om op je campingplaats te komen, of om van de camping af te gaan, dan was dat bijna niet mogelijk. Je gleed eigenlijk vanzelf weer terug in het spoor. 

Later is er een betonwagen gekomen en die heeft een keurig betonpad gestort op de camping en zelfs als het nu regent, is er niets aan de hand, je kunt zonder problemen gewoon sturen en van het pad af gaan. De auto blijft zijn gewoonte dus niet volgen. Ik moest afgelopen week daar aan denken. Want dit is nu precies wat ik heel vaak zie gebeuren bij complexe pastorale begeleiding. Ik kom heel veel mensen tegen die er alles aan doen om uit het oude spoor te komen.

Het spoor van verkeerde gewoontes, soms zonden, soms ook denkpatronen of gevoelens van afwijzing of veroordeling. 

Het lijkt wel of je dan niet uit dat spoor kunt komen van afwijzing, van patronen die eigenlijk doorbroken moeten worden, maar wat niet lukt. Het is zo normaal geworden dat als je iets fout doet dat jij jezelf veroordeelt. Zoiets als de auto op de camping die vroeger in dat spoor bleef rijden. En eigenlijk kan ik je ook zeggen: je komt er ook niet uit, zolang dat je in dat spoor blijft zitten. Sterker nog, de kans dat jij je spoor dieper uitslijt is groter dan de kans dat je er uitkomt. 

Weet je wat je nodig hebt? Iemand die al die sporen in je leven komt volstorten, zodat je met je wil weer goede besluiten kunt nemen. Maar ook dat je het patroon van veroordeling of afwijzing mag doorbreken omdat Jezus jouw sporen die door jouw verleden getrokken zijn, wil volstorten met Zijn liefde. Daardoor kom je uit dat spoor. Want de liefde van Jezus leer jou dat Hij je niet veroordeelt, dat Hij je niet afwijst en dat Hij de macht over zonden heeft gebroken. Die verkeerde gewoontes waardoor je telkens veroordeling ervoer, die wil Jezus wegnemen, zodat jij gewoon kunt sturen in je leven en niet langer meer rondjes hoeft te blijven draaien en jezelf steeds dieper hoeft te voelen wegzakken. Jezus zet jou weer op het juiste spoor.