"Zou Ík dan die grote stad Ninevé niet ontzien, waarin meer dan honderdtwintigduizend mensen zijn die het verschil tussen hun rechter- en hun linkerhand niet weten, en daarbij veel vee?" (Jona 4:11)

Over Jona horen we niets meer. Het boek stopt over Jona na zijn gemopper over die wonderboom. Maar God zegt toch nog even iets dat er echt toe doet. Jona vond die wonderboom, waar hij echt niets voor had gedaan heel erg belangrijk. En dat gebruikt God om iets te zeggen dat ook voor ons heel belangrijk is. Als Jona zo’n boom, die in ene dag groeit zoveel waard vindt, hoeveel waarde zal God dan geven aan mensen in de Ninevé?



God bedoelt natuurlijk te zeggen: Als je die mensen vergelijkt met die boom waar jij niets voor deed, mag Ik dan al die mensen en al die dieren belangrijk vinden? God zegt eigenlijk: “Ik heb er alles aan gedaan om deze mensen en dieren te maken, meer dan alles wat jij aan die boom deed.” Zou God dan al die mensen en dieren niet ontzien? Natuurlijk geven wij nu heel snel antwoord. Die Jona, dat mannetje… Zo’n soort gevoel en dan gelijk het antwoord: “Ja natuurlijk doen al die mensen er voor God toe.”

Is dit wat je erbij voelt, of is dit het antwoord dat wij eigenlijk horen te geven als christenen? God ziet al die mensen in de stad, ja natuurlijk. Maar ziet God dan ook al die moslimextremisten? Is God dan diep van binnen ook nog bewogen met de grootste misdadigers? Is dat de God Die wij willen zien? Want dat is wat God eigenlijk wel zegt. Al die mensen die zoveel misdaan hadden, juist die mensen waarover God Zijn toorn wilde uitstorten, dat zijn tegelijk ook de mensen waar God bewogen mee is. Dit is niet een God met twee gezichten, maar dit is God zoals Hij is. Vol van bewogenheid, maar tegelijk niet kunnen leven met het kwaad, want dat hoort niet bij God.

Maar dan is er nog iets. God is ook nog eens bewogen omdat het mensen die het verschil niet weten tussen hun linkerhand en hun rechterhand. Het zijn mensen die nog niet eens weten wat goed en wat kwaad is. Het was een heidenvolk die de wetten van de Enige God niet kenden. Dat moet je even tot je laten doordringen. God is ook nog eens genadig omdat ze ergens ook niet beter wisten. Wat liet God Jona dus doen? Hij liet hem onderwijs geven over wat Hij goed en fout vindt en dat ze daarnaar hebben geluisterd heeft ervoor gezorgd dat God de stad niet omkeerde.

Daarmee is het boek Jona wel uit, maar zijn wij er nog niet klaar mee. God is dus juist ook bewogen met die mensen die niet weten hoe het zit met Hem. Mensen die dingen doen die niet goed zijn, maar dat ook doen omdat ze nooit iets anders hebben geleerd. Als je dat beseft, is onze roeping dus nog veel belangrijker. God ziet namelijk in bewogenheid naar mensen in onze omgeving om die niet beter weten, maar Hij verwacht wel dat wij de opdracht die Hij gaf aan Jona uitvoeren, nadat wij onze Jona’s overboord hebben gezet.

En schiet nu niet gelijk in een stresshouding waarin er van alles moet, zoek vooral de relatie met de mensen om je heen en ga het gesprek over God gewoon aan. Maak het niet moeilijker dan dat het is en al zie je die mensen dingen doen die niet kunnen, ga dan niet veroordelen, maar bedenk dat God met bewogenheid naar hen kijkt en dat Hij dit ook van ons vraagt. En juist vanuit die bewogenheid zullen we er alles aan doen om hen in contact met God te brengen.

Gebed: Heer, U ziet naar mensen anders om dan ik vaak doe. U ziet de onkunde en U legt de verantwoordelijkheid ook bij ons neer. Niet Jona, maar Jezus moet in mij leven.

Tags: